column

Brand jezelf

06 dec 2017

‘Willem, die Madocke maecte.’ Het heeft me altijd gefascineerd dat de identiteit van de Middeleeuwse auteur van Reinaert de vos onbekend bleef. Hij schijnt Willem te hebben geheten, maar verder weten we niets. Zo ging dat blijkbaar in de Middeleeuwen, ook met schilders en componisten: je naam hoefde niet zo nodig overal in grote letters onder te staan. Willem van Madocke was duidelijk trots op zijn schrijfsel, maar het hoefde niet meteen een merknaam te worden. Ik vond dat lovenswaardig, die betrekkelijke anonimiteit. Zozeer zelfs, dat ik mezelf Willem ging noemen – want zo heet ik eigenlijk niet. Is het niet mooi, dat Reinaert vooral drijft op de vermakelijkheid van de tekst zelf en niet op de reputatie van de auteur?

Hoe volstrekt anders gaat dat tegenwoordig. We vinden het nu heel logisch dat je naam een soort merk is geworden, het rekeningnummer van je accumulerende beroemdheid. Als je een succesvol wielrenner bent, kan je daarna je naam op sportkleding drukken, zodat die met zonnige zomerdagen overal op wielrennersbillen prijkt. Een beetje popster heeft al gauw een eigen kledingmerk of cosmeticalijn. Zelfs als je anoniem bent, een schaduw in de nacht die grappen graffitiet op grauwe muren, is je naam de rijgdraad van je roem.

Ook in de wetenschap gaat dat zo. In de Science Citation Index is de naam van de individuele wetenschapper de belangrijkste index van reputatie. Langs je naam worden publicaties en citaties opgeteld, prijzen en ontdekkingen. Cv’s zijn eigenlijk de boekhouding van je persoonlijke merkwaarde en ik zie om me heen hoe die administratie steeds uitgebreider wordt. Ondertussen is bijna alle wetenschap groepswerk. Net zoals een ambachtelijk schildersatelier, waar de één goed was in mondjes schilderen en de ander in de vingers, draagt in een goed draaiend onderzoeksteam iedereen wat anders bij.

Columnisten doen het ook, eigenlijk: hun naam gebruiken om reputatie aan elkaar te rijgen, te koketteren met hun persoonlijkheid. Het staat me wat tegen, ook al schep ik, net zoals die andere Willem plezier in het smeden van een tekst. Zou het ook anders kunnen, eigenlijk? Bestonden er columnisten, in de anonieme Middeleeuwen?

Lees alle columns van Willem Halffman

1 reactie

  1. Bernadette Smelik schreef op 7 december 2017 om 10:01

    Antwoord: Denk aan de satiredichters in diverse landen, de dichters van de prinsen van Wales (die ook kritiek uitten op hun broodheer), de dichters in Ierland die niet alleen kennis & geschiedenis deelden, maar ook commentaar gaven op contemporaine ontwikkelingen. De Middeleeuwen zijn wat dat betreft niet anders dan nu. Over de anonimiteit: teksten kregen autoriteit niet per se door de schrijver van het stuk, maar doordat de schrijver zich beriep op externe autoriteiten (bekende schrijvers uit het verleden, een heilige, etc.). Ik twijfel er sterk aan of je wel ‘anonieme Middeleeuwen’ kunt zeggen.

Geef een reactie

Vox Magazine

Het onafhankelijke magazine van de Radboud Universiteit

lees de laatste Vox online!

Vox Update

Een directe, dagelijkse of wekelijkse update met onze artikelen in je mailbox!

Wekelijks
Nederlands
Verzonden!