In het twintig verdiepingen tellende Erasmusgebouw organiseerde studentenatletiekvereniging ’t Haasje vrijdagavond het Nederlands Studentenkampioenschap Trappenloop (NSK). De wedstrijd is niet puur gericht op hardlopers. Er doen veel deelnemers met een andere achtergrond mee. Roeiers, schaatsers, hardlopers: wie rent eigenlijk het snelste de trap op?

De Trappenloop bestaat uit drie onderdelen, een individuele sprint van tien verdiepingen, een individuele wedstrijd over twintig verdiepingen en een estafette waarbij vier deelnemers ieder vijf verdiepingen voor de kiezen krijgen. Titelverdediger op de ‘20 verdiepingen individueel’ is de Nijmeegse student Vincent Aengevaeren. Hij geeft vooraf aan er zin in te hebben. Ondanks dat hij het nu spannender vindt dan vorig jaar. ‘Vorig jaar deed ik eigenlijk meer mee voor mijn plezier. Ik had helemaal niet verwacht dat ik zou winnen.’ Dit jaar voelt hij iets meer druk. ‘Mensen spreken je toch aan of je weer voor de titel gaat.’ Vincent doet aan meerdere sporten. Maar, ‘vandaag ben ik vooral schaatser.’ Hij verdedigt niet alleen zijn eigen eer, maar ook die van schaatsvereniging NSSSV Lacustris.

Verschillende achtergronden
Er is competitie tijdens de trappenloop. Tussen de deelnemers uit verschillende studentensteden, maar ook tussen de verschillende achtergronden. ‘We hebben roeiers, schaatsers, atleten, klimmers en wielrenners.’ zegt Paula Roosendahl, voorzitter van NSAV ’t Haasje. Op de vraag of er rivaliteit bestaat tussen de deelnemende sportverenigingen antwoordt ze volmondig ‘Ja, tuurlijk!’.

Geschikte locatie
Hoe vaak het NSK Trappenloop al in Nijmegen is gehouden weet niemand precies te vertellen. In 1997 werd in Nijmegen de eerste editie georganiseerd, maar daarna is soms een jaartje overgeslagen of nam een andere stad de honneurs waar. Voorzitter Paula Roosendahl en oud-bestuurslid Leo Janssen zijn het er in ieder geval over eens dat het NSK Trappenloop in Nijmegen hoort. Twee jaar gelden werd het in Enschede gehouden en dat was niet zo’n succes. ‘Daar hebben ze maar twaalf verdiepingen. Het Erasmusgebouw heeft er twintig, en is daarmee de meest geschikte locatie voor een NSK’, aldus Leo Janssen.

Verkennen
Op weg naar de twintigste verdieping loop ik een groepje wielrenners tegen het lijf. Ze zijn het ‘parcours’ aan het verkennen. ‘Met de eerste stap moet je drie treden tegelijk nemen, en dan steeds twee. Zo kom je precies uit.’ zegt de langste.

Winnende tijd?
Net iets meer dan twee minuten, 2.00.85 om precies te zijn. Zo lang doet Vincent Aengevaeren over de twintig verdiepingen. Hij is als een van de eersten gestart en bezet direct de eerste plek. ‘Nu is het afwachten’, zegt hij, zijn blik gericht op de tijdwaarneming. Deelnemer na deelnemer bijt de tanden stuk op zijn tijd en wederom wint Vincent het ‘koningsnummer’ van het NSK. ‘Ik had het niet verwacht, maar het ging wel heel erg lekker. Ik had zelfs nog energie over’, zegt hij trots. Ook bij de vrouwen gaat de eerste plek op dit nummer naar een schaatser. Linda Klein was boven in een tijd van 2.51.60.
Toch is het te vroeg om te stellen dat de schaatsers dus de snelste traplopers zijn. Op de sprint van tien etages ging de overwinning bij zowel de heren als dames naar een hardloper. / Tekst & foto Joep aan den Boom