Ook Nijmegen, een van de erkende GroenLinks-bolwerken in Nederland, heeft de linkse partij lelijk in de steek gelaten. De stemmers op de campus deden nog hun best links wat kleur te geven, al valt over dat ‘links’ te twisten: bij het stembureau in de Refter werd D66 met een kwart van de stemmen de grote winnaar. De campus kiest voor het veilige midden, met een voorzichtig links randje. Lees: D66 werd met 25,4 procent van de stemmen gisteren de grote winnaar op het stembureau van de Refter. Van de 1.727 uitgebrachte stemmen ging 31 procent naar de PvdA, bijna 11 procent naar GroenLinks en een kleine 10 procent naar de SP. Maar het stembureau op de campus was te nietig om het land aan een comfortabele centrumlinkse meerderheid te helpen. Anti Europa Partij In hoeverre wijken de campusstemmers af van het stembeeld van de honderd stembureaus in Nijmegen? D66 is veel te groot, GroenLinks iets groter, terwijl het CDA en SP op de campus weer veel te klein zijn. En dat geldt al helemaal voor de PVV. Een schamele veertien stemmen gingen gisteren in de refter naar de partij van Geert Wilders. Opvallend: de Anti Europa Partij (wie?) trok op de campus achttien stemmers, met ruim één procent goed voor een zetel in de Tweede Kamer. Het totaal aantal stemmers in Nijmegen? 28. Nijmegen maakte zijn reputatie als linkse stad gisteren weer waar, ook al kreeg GroenLinks – bij de gemeenteraad twee jaar terug de grootste partij – ook hier een grote dreun. Nu laten kiezers voor de gemeente vaker hun hart spreken dan voor de Tweede Kamer, maar in Nijmegen was het hart voor GroenLinks gisteren wel erg ver te zoeken. De gehavende partij scoorde in Nijmegen een schamele 6 procent. Oké, beter dan het landelijk beeld (2,3 procent van de stemmen), maar zo veel minder dan in 2010, toen een op elke vijf Nijmegenaren voor GroenLinks koos. De stemmers in de Refter deden nog hun best, met 11 procent GroenLinksers. Het zal Jolande Sap geen troost bieden. / Paul van den Broek, foto Dick van Aalst