column

De promotie

20 apr 2018

Belg aan de Waal, is zijn alter ego. Ken Lambeets streek kort geleden vanuit Brussel neer in Nijmegen en is nieuw op de redactie van Vox. De komende weken schrijft hij over zijn ervaringen. Deel 2: de promotie.

Als nieuwe inwoner van Nijmegen zat ik onlangs voor het eerst op de tribune van voetbalclub NEC. Aan de Radboud Universiteit woonde ik afgelopen week dan weer mijn eerste promotie bij. Een diepgaande vergelijking dringt zich op.

NEC, Eniesee voor de vrienden, speelt zijn thuiswedstrijden in het Goffertstadion, ook wel de Bloedkuul genoemd. Aangezien de voetbalclub haar lot voor promotie niet meer in eigen handen heeft, zit het stadion slechts voor twee derde vol. Om vijf voor acht komen de beide ploegen onder luid applaus het veld opgelopen. Vanuit sfeervak 080, waar de meest fanatieke supporters zitten, weerklinkt het mooie ‘Weer trekken wij ten strijde!

Sjaals en petjes

De promotie vindt plaats in de Aula, het kloppend hart van de universiteit, door sommige promovendi eveneens Bloedkuul genoemd. Aan de ingang begroet de promovendus, geflankeerd door twee paranimfen, het talrijk opgekomen publiek – veelal vrienden, familie en vakgenoten, een enkele journalist. In de Goffert dragen supporters voetbaltruitjes, sjaals en zelfs petjes, hier gaat iedereen op zijn zondags gekleed. Kennelijk is het niet de gewoonte om in de Aula een biertje te drinken.

De jury, een zevenkoppig monster, probeert de promovendus steeds op het verkeerde been te zetten

Met dribbels, technische hoogstandjes, schijnbewegingen, een voorzet, een-tweetjes en enkele doelpogingen proberen de voetballers van NEC de wedstrijd naar zich toe te trekken. De tegenstanders uit Oss werpen zich telkens opnieuw voor de bal, rekken zoveel mogelijk tijd en komen aan het begin van de tweede helft zelfs tegen de gang van het spel in op voorsprong.

Net zo probeert de commissie, een zevenkoppig monster, de promovendus steeds weer op het verkeerde been te zetten. Wanneer de juryleden het hoofd vooroverbuigen om in de micro te praten, volgt een minutenlange woordenstroom vol vakjargon die niet altijd in een even duidelijke vraag uitmondt. De jarenlange opgebouwde expertise in hun vakgebied willen de professoren niet zomaar delen met de eerste de beste snotneus. Achteraan in de zaal hangt een beeld van Jezus Christus aan de muur. Zal de promovendus straks ook worden gekruisigd?

Uitputtingsslag

De promovendus begint zijn antwoord telkens met ‘hooggeleerde opponens’ – hier gelden formelere omgangsvormen dan in de Goffert. Met woorden, gebaren, en virtuoze antwoorden is hij de jury telkens opnieuw te snel af. Door slinks naast de vraag of wat langer te antwoorden, wint hij wat tijd – alweer een vraag minder die gesteld kan worden. Net als in het voetbalstadion is het publiek een dankbare twaalfde, euh tweede, man. Wanneer een jurylid weer eens een veel te lange vraag stelt, zuchten de supporters net luid genoeg en als de promovendus een grapje maakt, lachen ze uitbundig. Maar heeft het ook een invloed op het eindoordeel van de jury?

Na een verdediging van exact zestig minuten maakt de scheidsrechter, hier pedel geheten, een einde aan de uitputtingsslag. In plaats van een fluitje weerklinkt de spreuk ‘hora est’ door de aula. Het cortège van togati verlaat de zaal. Terwijl ze het verdict afwachten, bespreken de supporters de verdediging. ‘De beste die ik al zag’, zegt iemand. ‘Die ene professor is precies met het verkeerde been uit bed gestapt’, zegt iemand anders.

Voetbalkantine

Ondertussen heeft NEC zich met twee goals voorbij de buren uit Oss weten te knokken. Het publiek is tevreden, maar het zal nog heel moeilijk worden om de promotie binnen te halen. Toch trekken de Nijmegenaren met een licht optimistisch gevoel naar huis.

Na rijp beraad betreedt de stoet der togati tien minuten later opnieuw de Aula. Meteen valt het – positieve – verdict: de promovendus is nu officieel doctor. Een luid applaus is zijn deel. Hier is niet zomaar een goal gescoord, neen, het kampioenschap is gewonnen. Van truitjes wordt helaas net niet gewisseld.

De promovendus krijgt een doctorsbul overhandigd, weer iets anders dan een kampioenschapsbeker. Daarop volgt een laudatio van de promotor, alsof hij speecht op de trouw van een zijner kinderen. En dan komt het moment waar het publiek stiekem al een hele poos op zat te wachten: iedereen wordt uitgenodigd voor een drankje in de Anton van Duinkerkenzaal, de voetbalkantine van de universiteit. Eindelijk kunnen we aan het bier.

Nu maar hopen dat de promotie van Eniesee er ook snel komt.

Lees alle columns van Ken Lambeets

Geef een reactie

Vox Magazine

Het onafhankelijke magazine van de Radboud Universiteit

lees de laatste Vox online!

Vox Update

Een directe, dagelijkse of wekelijkse update met onze artikelen in je mailbox!

Wekelijks
Nederlands
Verzonden!