[How RU?] Bertram de Kleijn in Tanzania
Hoe gaat het eigenlijk met onze studenten en medewerkers in het buitenland? Wat doen ze daar? Wat maken ze mee? Elke maandag bellen we een Radboudiaan met de vraag How R U? Vandaag Bertram de Kleijn (24). Hij studeert geneeskunde en loopt coschappen in Huruma. ‘Meestal ben ik rond vijf uur wel klaar met mijn co-schappen. De dokters hier zijn nogal rommelig met hun werktijden. Soms werken ze maar tot een uur. Af en toe ga ik dan ook naar huis, maar meestal gebruik ik die tijd om te studeren of om aan mijn verslag te werken. Wist je dat Tanzania de minste dokters per inwoners heeft in de hele wereld? Op vijftigduizend mensen is er maar één dokter.’ Zorgstelsel ‘De manier waarop mensen met lichamelijk leed omgaan is zo anders dan in Nederland. Mensen zitten hier rustig hun beurt af te wachten terwijl ze onder de diepe snijwonden zitten. Het zorgstelsel is hier heel anders opgesteld. In veel dorpjes is er iemand die een basiscursus zorg heeft gehad en die een inschatting maakt of de patiënt moet worden doorgestuurd naar de dispensary. Daar zitten de medical of clinical officers. De meeste patiënten worden daar behandeld. Pas wanneer het gaat om echt ernstige verwondingen of ziektes, komen ze bij het ziekenhuis waar ik werk.’
Vervoer ‘De ambulance doet het weer sinds een week. Voor het hele district is maar één ambulance actief. Patiënten moeten dan ook zelf het vervoer naar het ziekenhuis regelen. Het ziekenhuis ligt aan een grote, geasfalteerde weg. De enige geasfalteerde weg, verder zijn er alleen maar zandweggetjes.’ Mindset ‘Ik ben blij dat ik hier stage kan lopen. Alles wat ik in de voorgaande jaren heb geleerd, komt hier voorbij. Het is fijn dat je even je geheugen kunt opfrissen. De manier waarop het medisch personeel omgaat met patiënten is nog steeds wennen: hier behandel je meer de ziektebeelden dan personen. De dokters delen gewoon mee aan de patiënt dat ze worden geopereerd. Wat er gaat gebeuren of welke risico’s eraan kleven, krijgen de patiënten niet te horen. Nazorg is er niet.’ / Jolene Meijerink