ICT-voorzieningen RU langs de groene meetlat
In oktober 2010 zijn de ICT-voorzieningen van de Radboud Universiteit langs ‘de groene meetlat’ gelegd. Daaronder vallen de centrale ICT-voorzieningen – waaronder de datacentra in het UCI-gebouw en het Gymnasion – en de werkplekken op de campus. Deze scan werd ook bij negen andere hoger onderwijsinstellingen in Nederland gedaan. De Radboud Universiteit sprong er in positieve zin uit, resultaat van een gezamenlijke inspanning van UVB en UCI. De conclusie is dat er op de meeste punten goed gescoord wordt en dat er al intensief gewerkt wordt aan die punten waarop het beter kan en moet.
De scan is uitgevoerd door het Agentschap NL van het Ministerie van Economische Zaken en SURF (de samenwerkingsorganisatie voor ICT in het hoger onderwijs). De Radboud Universiteit heeft zich geconformeerd aan duurzaam beleid zoals vastgelegd in Meerjarenafspraken. Onderdeel daarvan is energieverbruik door ICT-voorzieningen. Dat die veel energie absorberen blijkt wel uit het feit dat alleen het UCI al verantwoordelijk is voor 10 % van al het elektriciteitsverbruik op de campus.
Groene ICT gaat over apparatuur én processen
Groene ICT zegt niet alleen iets over de energie die apparaten gebruiken, maar (vooral) ook over de processen rondom dat energieverbruik. Hoe is bijvoorbeeld het capaciteitsmanagement ingericht? Het is immers belangrijk ervoor te zorgen dat er voldoende capaciteit beschikbaar is om(snel) aan een vraag te kunnen voldoen, maar ook weer niet zoveel dat een groot deel van de apparaten ongebruikt energie staat te slurpen. Bij de Radboud Universiteit blijkt dat dik op orde. Voor servers bijvoorbeeld wordt er steeds meer gebruik gemaakt van zogenaamde ‘virtualisatietechnieken’. Er draaien dan meer virtuele servers op één ‘echte’ server. Zo wordt die echte, fysieke server heel efficiënt gebruikt. Ook alle processen rondom het beheer van capaciteit zijn doorgelicht en goed bevonden.
Niet in alle gevallen is het gewenst om de capaciteit te laten aansluiten bij de gemiddelde vraag. Denk bijvoorbeeld aan netwerken. Je moet niet alleen bij ‘gemiddelde’ drukte een snel netwerk kunnen bieden, maar ook op piektijden. Daar is dus altijd overcapaciteit nodig.
Een belangrijke vraag in de scan is of je op tijd de apparatuur vervangt. Hoe ouder de apparatuur, hoe meer energie ze vragen. ‘Product lifecycle management’ in vaktermen. De Radboud Universiteit scoort hier gemiddeld op. Elke drie jaar de apparatuur vervangen is vanuit energie-oogpunt het beste, maar het is natuurlijk ook een kostbare zaak. Het is dus zoeken naar een evenwicht tussen duurzaamheid en het kostenaspect voor wat betreft de aanschaf van nieuwe apparatuur.
Ook van groot belang: Hoe efficiënt gebruik je de ruimte waarin de centrale ICT-voorzieningen staan? Meer ruimte gebruiken dan je feitelijk nodig hebt, betekent onnodig energieverbruik. Bij het datacentrum op het UCI is dat prima en logischerwijs kan het beter bij het datacentrum in het Gymnasion. De laatste zaal is gebruikt met het oog op de langere termijn en daarom nu logischerwijs pas half gevuld.
Een belangrijke verbetering vanuit energie-oogpunt wordt de verbouwing door het UVB van het datacentrum in het UCI-gebouw die voor 2011 op stapel staat. Met name de vervanging van de systemen voor koeling en ononderbroken stroom (de zogenaamde ‘no break’) die inmiddels dertig jaar oud zijn, zal straks een enorme vooruitgang betekenen voor wat betreft het energiegebruik.
Werkplekcomputers gebruiken samen ook veel energie. Volgens metingen (van GDI, UCI, UVB en AMD) zijn deze goed voor circa vijf procent van het totale elektriciteitsverbruik van de Radboud Universiteit. De inkoop van energiezuinige pc’s levert dus enorme winst op, daar is het inkoopbeleid van de RU al helemaal op toegespitst. Eén van de adviezen naar aanleiding van de studie tot slot gold de voorlichting onder pc-gebruikers op de campus: de werkplek-pc’s gebruiken veel minder energie als medewerkers en studenten ze in standby- of slaapstand te zetten op momenten dat ze niet gebruikt worden. Alle reden om daar de komende jaren door voorlichting veel aandacht aan te besteden en om verder te onderzoeken of het mogelijk geautomatiseerd kan worden voor de centraal beheerde werkplekken. Op de wat langere termijn is het zinvol te onderzoeken of het overstappen op een ander werkplekconcept voordelen biedt uit energetisch of gebruiksoogpunt. Een mooie uitdaging voor GDI, UCI en UVB.
De resultaten in een grafiek
)
De ICT-voorzieningen werden op een groot aantal punten ‘gescoord’ voor wat betreft de groene aspecten ervan, wat resulteerde in onderstaande grafiek. De dikke lijn geeft de resultaten van de ICT-voorzieningen van de RU weer, de gele lijn het gemiddelde van de tien hoger onderwijsinstellingen. Hoe dichter bij de buitenrand van de cirkel, des te beter te score. Ieder kwadrant heeft een eigen thema. Zo staat het gele kwadrant voor de procesorganisatie, het roze kwadrant voor het capaciteitsbeheer van opslag, ICT-voorzieningen en netwerk. Het grijze kwadrant is gerelateerd aan de typen apparatuur en de efficiëntie van het gebruik ervan. Het groene kwadrant tenslotte gaat over de fysieke aspecten van de datacentra, denk aan koeling en efficiënt ruimtegebruik. Aan de punten waar de score het laagst is, wordt zoals je hierboven hebt kunnen lezen, gewerkt .