Keizersportretten krijgen prijs
Louis van den Hengel ontvangt vandaag de Jan van Gelderprijs voor zijn proefschrift over Romeinse keizersportretten, waarop hij promoveerde aan de Radboud Universiteit. De prijs wordt uitgereikt door de Vereniging van Nederlandse kunsthistorici in het Van Gogh-museum te Amsterdam.
Van origine is Van den Hengel classicus, maar tijdens zijn studie ontwikkelde hij een voorliefde voor de genderstudies. In zijn proefschrift, waarop hij in maart 2009 cum laude promoveerde, vielen klassieke archeologie en genderstudies samen: hij bestudeerde portretkunst van Romeinse keizers uit de eerste en tweede eeuw na Christus vanuit het oogpunt van mannelijkheid en vrouwelijkheid.
Een keizersportret moest macht en mannelijkheid uitstralen. Een portret was dus letterlijk de belichaming van deze twee elementen. Volgens Van den Hengel is een beeld dan ook geen representatie van het keizerlijke lichaam maar eerder een lichaamsverbeelding in de vorm van een imago.
Persoon of machthebber
Van den Hengel: ‘Er is al veel onderzoek gedaan naar Romeinse keizersportretten vanuit de klassieke archeologie. Genderstudies is een modern vakgebied dat een nieuw licht werpt op de Romeinse portretkunst.’ Klassieke geleerden benaderen het keizersportret vaak als representatie van macht, een symbool van soevereiniteit of een concretisering van de Romeinse hegemonie. Vaak wordt daarmee de lichamelijke dimensie van het portret (een beeld dat een persoon belichaamt in plaats van macht vertoont) genegeerd.
Performancekunst
Op dit moment is Van den Hengel bezig met een onderzoek met dezelfde invalshoek, alleen een ander tijdperk: de hedendaagse performancekunst. Ook hier zoekt hij naar de verhouding tussen beeldende kunst en lichamelijkheid.
De prijs die Van den Hengel ontvangt bestaat uit een trofee gemaakt door Manita Kieft en vijfhonderd euro. /Romy van den Nieuwenhof