Toch huurverhoging voor studenten, ondanks eerdere toezegging kabinet
-
Foto: Bert Beelen
De huren van studentenwoningen mogen, net als andere huren, per 1 juli met vier tot zes procent omhoog. Dat kan studenten enkele honderden euro’s extra per jaar gaan kosten.
Eerder schreef het kabinet nog in de Voorjaarsnota dat de huren in de sociale sector in 2025 en 2026 worden bevroren. Maar de demissionaire minister van Volkshuisvesting, Mona Keijzer, besloot dit wetsvoorstel in te trekken. Volgens haar zou er anders niet genoeg geld overblijven voor nieuwbouw en voor onderhoud van woningen.
Daarmee mogen de huren in de sociale sector met 4,1 procent omhoog. In de particuliere middenhuur gaat het om 6,1 procent. Dat heeft het kabinet deze week bekendgemaakt. Het gaat om de maximale stijging die een verhuurder kan doorvoeren. Die kan zelf voor een ander tarief kiezen.
Een huur van bijvoorbeeld 500 euro kan volgend jaar omhoog naar 520 euro in de sociale sector (waar veel studentenwoningen onder vallen) of naar 536 euro voor een kamer in een particulier studentenhuis. Dat zou jaarlijks neerkomen op 250 à 370 euro extra aan woonlasten.
Wel vaker huurtoeslag
Een meevaller is dat jongeren vanaf 2026 vaker recht hebben op huurtoeslag. Voorheen kregen studenten jonger dan 23 jaar alleen huurtoeslag bij een lage huur (tot 477 euro). Nu mogen ze vanaf 18 jaar altijd huurtoeslag aanvragen, al is die bij hogere huren nog beperkt tot ze 21 jaar zijn.
De huurtoeslag geldt overigens alleen voor zelfstandige woningen zoals studio’s en dus niet voor kamers.