Toegang tot Albert Heijns diepste geheim
Legaal rondsnuffelen in de databases van Albert Heijn, KLM en de Rabobank: het klinkt als de hof van Eden voor veel computergeeks. Toch is dat wat masterstudent Kunstmatige intelligentie Guido Faassen (23) dit weekeinde doet. Zijn doel? Een applicatie maken die gebruikers een speciaalbiertje aanraadt bij de maaltijd.

Samen met vier collega’s van het Nijmeegse bedrijf Orikami, gespecialiseerd in big data, doet Faassen mee aan de Dutch Open Hackathon in Amsterdam, die vandaag begint. Tien grote bedrijven verlenen het weekeinde toegang tot hun data. Die zijn geanonimiseerd, zodat er geen privacyregels geschonden worden. Maar verder kunnen de vijfhonderd deelnemers, verdeeld over groepen van maximaal vijf personen, er vrij mee aan de slag voor bijvoorbeeld het ontwikkelen van app’s. De hackathon is een wedstrijd: het beste idee wint.
Faassen zal vooral in de database van Albert Heijn duiken. Hij wil een applicatie maken die een Allerhande-recept koppelt aan een speciaalbiertje uit het assortiment van de supermarkt. ‘Het wordt steeds normaler om tijdens het eten speciaalbier te drinken.’ Maar, zo weet Faassen, smaakt het ene biertje niet bij alle gerechten even goed. ‘Net als bij wijn. In de supermarkt wordt de klant er ook op gewezen dat een rode wijn beter bij een biefstuk past dan bij een stukje vis.’ Door de verbinding te leggen tussen gerechten en speciaalbieren zou de liefhebber een advies krijgen welk biertje te nuttigen bij welke maaltijd. Dat moet ten goede komen aan wat Faassen de smaaksensatie noemt.
Weinig slaap
Hoe het allemaal in zijn werk zal gaan, weet de student nog niet: ‘Ik ben nog niet eerder op een hackathon geweest, dus ik weet niet goed wat te verwachten.’ Wel denkt hij weinig te zullen slapen: ‘Je wilt de twee dagen zo goed mogelijk benutten.’ Na het evenement gaan de databases van onder meer KLM, Albert Heijn, de Rabobank, Philips en Bol.com immers weer op slot. Maar: ‘alle ideeën die ontstaan op de hackathon blijven eigendom van de bedenkers.’ Geen kans dus dat een bedrijf met een van de ideeën aan de haal gaat.
Mocht het Faassen en zijn collega’s lukken om een goed werkende applicatie te maken, wil dat niet zeggen dat deze direct in gebruik genomen wordt. ‘Zonder toegang tot de data werkt de applicatie niet.’ Maar mocht Albert Heijn het een goed idee vinden, kan deze in een later stadium alsnog ontwikkeld worden. Faassen heeft er in ieder geval vertrouwen in: ‘Ik verwacht zeker in de top-10 te eindigen. En wie weet wat er daarna gebeurt.’ / Mathijs Noij