Een collegezaal met studenten uit Brabant, de Achterhoek, Zuid-Afrika, Indonesië en Brazilië: dat is het ideaal van de Radboud Universiteit. ‘Meer dan in aantal moeten de internationale studenten groeien in diversiteit’, zegt Laura Derkse van het team Internationale Masterwerving.

Zuid-Afrika, Mexico, Brazilië, Ierland, Bulgarije en Litouwen. Het zijn maar enkele landen waar de Radboud Universiteit momenteel studenten probeert te werven voor haar bachelor- en masterprogramma’s. Ultieme doel: een zo divers mogelijke groep studenten bereiken.

Maar hoe wordt eigenlijk bepaald waar studenten geworven moeten worden? ‘De universiteit streeft naar een zo groot mogelijke diversiteit aan studenten’, zegt Laura Derkse van het team Internationale Masterwerving. ‘Het is bijvoorbeeld niet de bedoeling dat 90 procent van de internationale studenten uit Duitsland komt.‘

Braziliaanse blik

‘Daarnaast moet de vooropleiding – de middelbare school voor onze bachelors en de bachelordiploma’s voor onze masters – in de landen die we benaderen goed aansluiten op ons programma. Is die voldoende om hier te komen studeren? Dat is het belangrijkste criterium.’

Maar dan blijven er toch nog altijd veel landen over om studenten uit te werven?

‘Dat klopt: daarom kijken we nog naar enkele extra parameters. Zijn er voldoende studenten om naar het buitenland te trekken? Is er interesse om in Nederland te komen studeren? Vanuit Indonesië is die van oudsher groot, vanuit Taiwan veel minder. We kijken of studenten financiële middelen hebben om hier te studeren – niet alle studenten komen immers in aanmerking voor een scholarship. Tot slot moeten de studenten een aanvulling vormen op de diversiteit.’

Wat betekent diversiteit voor de Radboud Universiteit?

‘In het nieuwe strategisch plan heeft het college aangegeven dat het aantal internationale studenten laten stijgen niet per se het doel is. De international classroom staat voorop. We streven naar een zo goed mogelijke geografische en culturele spreiding van studenten. Daarbij richten we ons niet enkel op Europa. Het idee is dat onze studenten zo verschillende perspectieven op hun studies krijgen. Een Chinese of een Braziliaanse blik op het programma kan een meerwaarde bieden. We streven naar een mix van Europese, Zuid-Amerikaanse en Aziatische studenten.’

Op welke landen ligt de focus om studenten te werven?

‘Op dit moment onderzoeken we welke mogelijkheden er in Afrika zijn – een collega is nu op bezoek in Zuid-Afrika. Daarnaast focussen we op bijvoorbeeld Mexico en Brazilië. In Europa zetten we in op Ierland, Bulgarije, Litouwen, Spanje en Italië en in Azië op Rusland, China, India en Zuid-Korea. Ook in de Emiraten zijn we actief.’

‘In deze landen bezoeken we scholen en universiteiten, geven we presentaties en nemen we deel aan fairs. In sommige landen werken we met lokale vertegenwoordigers, vaak alumni. Daarnaast adverteren we online en doen we veel op sociale media.’

Waarom heeft de universiteit lokale vertegenwoordigers in Indonesië en India, en bijvoorbeeld niet in China?

‘In Indonesië en India is er veel behoefte aan werken met een tussenpersoon. We kunnen er niet zelf de hele tijd zijn en het is ook niet duurzaam om daar twee keer per jaar naartoe te gaan. Zo’n vertegenwoordiger vertelt precies wat wij willen vertellen. In het Verenigd Koninkrijk vinden studenten zelf de weg naar onze admission office.’

‘In China hebben we trouwens ook een vertegenwoordiger, maar die werkt op kleinere schaal. Het heeft te maken met wat de universiteit al doet in die landen en of er interesse is in een samenwerkingsovereenkomst.’

Worden potentiële studenten steeds in hun eigen taal benaderd?

‘Voor zover dat mogelijk is wel. Via de admission office communiceren we in het Engels, maar op beurzen staan altijd studenten of alumni die studenten in hun eigen taal aanspreken.’

‘Nieuwe internationale studenten worden altijd opgebeld in hun eigen taal’

‘Eenmaal toegelaten voor de Radboud Universiteit, hebben studenten vaak nog vragen die ze niet durven te stellen aan een medewerker. Daarom laten we hen altijd even opbellen door iemand die dezelfde taal spreekt – vaak is dat een student. Uit evaluaties blijkt dat studenten dat enorm waarderen.’

Lukt het in sommige landen beter dan in andere om studenten te werven?

‘Het is gemakkelijker om studenten uit Duitsland te bereiken dan studenten uit Zuid-Korea. Zij hebben vaak meer financiële middelen en weten beter wat het inhoudt om in Nijmegen te studeren. Maar we moeten studenten uit zoveel mogelijk landen de kans te geven om bij ons of elders in Nederland te studeren. Die culturele awareness is belangrijk, zeker in een wereld waarin globalisering belangrijk is. We mogen niet enkel inzetten op Duitsland.’

Verschilt de samenstelling internationale studenten per opleiding?

‘Een technische universiteit trekt studenten uit andere landen aan dan een brede universiteit zoals de Radboud Universiteit. Studenten uit Brazilië zijn over het algemeen meer geïnteresseerd in sociale opleidingen, studenten uit India meer in computer science en artificial intelligence. Ieder land heeft wel een interesse of focus. Daar houden we rekening mee in onze communicatie.’