Welters’ weemoedige wereld: Kreeften

20 jun 2011

Retrograde, in omgekeerde richting het hol in, net als een kreeft. Met de kont richting haard, maar met de kop en die twee vervaarlijke voorscharen nog richting boze buitenwereld. Je weet immers maar nooit welke Halbe Zijlstra-achtige snoodaard je wil bespringen.

Daar doet de gemiddelde universitaire docent annex onderzoeker me aan denken, zo rond deze tijd. Denk maar niet dat we het niet druk hebben. Tentamens nakijken, scripties van studenten die zonodig op de valreep nog moeten afstuderen aftikken en nog wat klein boekhoudkundig en Blackboard-leed afhandelen.

We zijn uiteraard ook druk met het regelen van de invulling van de eigen hete zomer. Want twee maanden collegevrij betekent uiteraard niet dat we twee maanden op onze luie krent zitten. Nee, eindelijk even tijd om achterstallig onderhoud te verrichten. En om onderwijs te ‘ontwikkelen’. Wat dus niet betekent: gewoonweg tien colleges vullen met inhoud, maar diep nadenken over onderwijskundige targets, in te bouwen interactieve leermomenten, doortimmerde toetsen en leesvoer dat studenten kunnen verhapstukken (Engelse teksten zonder veel filosofische zijpaden van maximaal vijf pagina’s).

Wat onderzoek betreft: we gaan halve artikelen die op de plank liggen omwerken tot hele. Bovendien dienen we abstracts in voor congressen die begin volgend collegejaar in het een of andere zonnige oord plaatsvinden. Die abstracts worden streng beoordeeld door ‘peers’. Hoe haastig je ze ook in elkaar flanst, afgekeurd worden die abstracts echter zelden. Want die congressen moeten natuurlijk wel vol met wetenschappers, die een doorgaans forse conference-fee betalen.

Peers: ons kent ons. Net als in het echte leven moet je in het begin je best doen om tot de vriendengroep door te dringen. Maar als je er eenmaal inzit, laten ze je nog maar hoogst zelden vallen. Dan moet je het echt bont maken.

De hamvraag: moeten we ons indekken, verdedigen tegen de aanvallen van de buitenwereld, onder het motto: we zouden wel anders willen, maar het systeem dwingt ons nu eenmaal hiertoe? Of moeten we juist vervaarlijk uit ons hol naar voren schieten? Voor mij is deze retrograde-vraag retorisch: moedig voorwaarts, de paden op, de dreven in, in de aanval, met twee gestrekte scharen vooruit. Juist nu in deze lome tijd.

Geef een reactie

Vox Magazine

Het onafhankelijke magazine van de Radboud Universiteit

lees de laatste Vox online!

Vox Update

Een directe, dagelijkse of wekelijkse update met onze artikelen in je mailbox!

Wekelijks
Nederlands
Verzonden!