Offline
Vrijdagmiddag, Frankrijk. Het is een klassiek dilemma. Werk je door of neem je volledig vrij tijdens de vakantie. Volledig doorwerken zullen maar weinigen doen, schat ik in. Tenzij de scriptie af moet of je dat ene boek of artikel nu echt af wil hebben. Of zoals ik nu, een column. Geen straf overigens. Maar werken tijdens de vakantie wordt toch een beetje als zielig of sociaal onwenselijk gezien. Toch is vakantie en zeker vakantie naar het buitenland om niets te doen nog niet eens zo oud. Lange tijd was een reis naar het buitenland een avontuur dat alleen uit noodzaak of als (militaire, kerkelijke of wetenschappelijke) missie werd aangegaan. Het vrijwillige reizen zonder missie was alleen voor de zeer welgestelden. Zij die reisden zonder doel werden meestal wantrouwend bekeken. Het was pas met de opkomst van het hyperkapitalisme in de laatste decennia dat het reizen voor iedereen mogelijk werd en zelfs een economisch massaproduct is geworden. En ironisch genoeg is het zonder missie of last reizen nu zelfs bijna een sociale wenselijkheid geworden, een bijna heilig moeten. Nu zijn het zij die doorwerken of thuisblijven die wantrouwend of ongelovig worden aangekeken. ‘Zit jij te werken? Tijdens je vakantie? Moet er iets af of zo?’ Of: ‘Uitslover’. Of: ‘och, wat zielig’. Maar er is wel iets aan het veranderen. Want in onze 24-uurs economie is het volledige niets doen, dus ook geen boek voor studie of werk meer lezen, een extremiteit die denk ik ook nog weinigen van de studenten en werknemers zullen bereiken. Kan dat überhaupt nog, helemaal offline zijn? Kan je nog ontsnappen en onzichtbaar zijn voor het alziende oog van internet? En willen we dat eigenlijk wel? De verleidingen van het tijdelijk online zijn voor e-mail, Facebook, sms, Linkedin of internet, zijn moeilijk te weerstaan voor menigeen. Ik bedoel, er zijn nog maar weinig campings of hotels die geen internet hebben. En even iets opzoeken op internet over een plaatselijk kasteel of monument, een hotelkamer of zelfs de weg vinden is dan al gauw afgewisseld met het stiekem of even snel bekijken van je mail. Het is nog wel stiekem of snel want het is nog net op de rand van sociaal onwenselijk. Maar dat was bellen in de trein lange tijd ook. En dat is ook verschoven. Datzelfde zie je gebeuren met vakantie. Het aantal mensen dat bij de receptie van de camping – want daar heb je zo’n goede wifi ontvangst – even zit te werken, neemt ieder jaar toe. Ik weet dat sommigen hun vakantiehotel, huisje of camping zelfs uitzoeken op wifi-beschikbaarheid. Natuurlijk niet alleen om te werken, maar eenmaal achter de pc of op de I-pad of telefoon is de verleiding om even al iets van je mail in te zien of ‘weg te werken’ erg groot. Sterker, ook de sociale wenselijkheid lijkt aan het draaien. Als je nu zegt dat je zes weken afwezig bent, wordt dat, zelfs als heb je daarvoor gespaard, als uitzonderlijk of onwenselijk gezien. ‘Ben je werkelijk zo lang weg?’ Waardoor het paradoxale resultaat ontstaat dat in een tijd van de wens van maximale bereikbaarheid de onbereikbaarheid een tijdelijke luxe wordt. Eerder dan een lange vakantie lijkt er in dit online-tijdperk sprake van een serie minivakanties tussen de internetmomenten door. Vakantie wordt als een stiltecoupé. Je stapt er in, om tijdelijk niet gestoord te worden. Maar het blijft wel reizen. Maar dat wist Seneca al: de reiziger ontstijgt zichzelf niet, komt niet werkelijk vooruit, want hij neemt zichzelf mee. Voor het ontsnappen aan jezelf moet je niet ergens anders zijn, maar iemand anders. Zo. En nu weer naar het zwembad.
Lees alle columns van
Mark, Filosofiestudent schreef op 15 juli 2013 om 14:21
Wat een warrig stukje, met veel wendingen. Wat wil de auteur nu precies zeggen? Waar gaat het heen met de norm – online of offline – en is dat wel of niet een goede ontwikkeling? I’m lost..
Marise schreef op 15 juli 2013 om 14:23
Tja, goed nadenken bij het zwembad is ook zo makkelijk nog niet…
Mark, Filosofiestudent schreef op 15 juli 2013 om 14:33
Een mooie illustratie van de noodzaak om af en toe eens helemaal lekker vakantie te nemen 🙂
Mijn stelling: mensen die zelfs vanuit hun tropische ligstoel nog mails, tweets en verhalen de wereld in sturen willen zich graag belangrijk voelen. Zie mij..!