column

Vonken

20 sep 2017

De Romeinen wisten het al: nomen est omen – de naam is een voorteken. Wat dat betreft is Roos Vonk niet te benijden. De vlam lijkt dan ook standaard in de pan te slaan bij de minste of geringste tweet of opiniestuk van haar hand. Zeker sinds haar faux-pas als co-auteur van een gefabriceerd artikel van Diederik Stapel.

Toch gaat het deze keer niet over een wetenschappelijke zonde, maar over een onwelgevallige mening. Door het te wagen de bio-industrie met de Holocaust te vergelijken viel half Nederland over haar heen (interessant genoeg werd een vergelijkbare analyse bij Zondag met Lubach overigens juist met veel enthousiasme ontvangen).

De universiteit was er zacht gezegd niet blij mee en riep haar wederom op het matje. Een berisping noemde NRC het zelfs – over overdrijvingen gesproken.

Eigen schuld, dikke bult? Ja, maar vooral ook nee, wat mij betreft. Ja, met een Godwin weet je wat je aan reacties kunt verwachten. Daar had Vonk dan ook al gauw spijt van.

Toch valt me het tegen dat de universiteit publiekelijk afstand neemt van haar uitingen. Je mag het met Vonks argumenten oneens zijn, of de vergelijking die ze maakt smakeloos vinden, ze toont wél sterke maatschappelijke betrokkenheid. Die mag ook best over de grenzen van het eigen vakgebied gaan – wetenschappers zijn van nature vaak wereldverbeteraars en opvoeders. Precies eigenlijk wat je zou wensen van je hoogleraren. Technocratische vakidioten lopen er al genoeg rond op de campus.

Universiteiten zijn namelijk niet slechts onderwijs- en onderzoeksfabrieken. Ze hebben van oudsher juist een belangrijke rol als bron van reflectie en maatschappijkritiek. Ze zijn vrijhavens voor onderdrukten en andersdenkenden – ook nu nog, denk aan gevluchte Turkse academici. Bovendien, opvattingen die vandaag maatschappelijk bekritiseerd worden, kunnen morgen heel gangbaar zijn, zie bijvoorbeeld de affaire-Buikhuisen.

Natuurlijk levert dat soms slechtere pers op dan grote prijzen of mooie publicaties. Maar die prijs voor maatschappelijke betrokkenheid zou je als universiteit toch graag moeten willen betalen? Wat dat betreft mag onze collegevoorzitter zijn naam best wat meer eer aan doen. Nomen est omen, immers. Wigboldus is Oudfries voor dappere strijder. Strijd voor uw mensen!

Lees alle columns van Stan van Pelt

1 reactie

  1. Eric Maris schreef op 28 september 2017 om 14:51

    Hoi Stan,

    Jammer dat niemand op je mooie stuk reageert! Toch ben ik het niet helemaal met je eens.

    1. De vergelijking met de Holocaust is niet slim. Roos Vonk zou moeten weten dat dit gevoelig ligt, en die vergelijking is ook helemaal niet nodig om haar punt te maken. Maar om daar nu zoveel ophef over te maken, dat gaat me ook wat ver.

    2. Roos Vonk heeft zichzelf in het verleden als wetenschapper buitenspel gezet binnen het debat over de bio-industrie. Door de affaire Stapel en de nasleep ervan heeft zij laten zien onvoldoende onderscheid te maken tussen haar rol als wetenschapper en die als activiste. Daardoor blijft zij de aandacht trekken als zij met haar pet van wetenschapper een standpunt inneemt over de bio-industrie. Ik snap dat onze dappere strijder niet gediend is van die aandacht, want op die pet van wetenschapper staat wel het embleem van de Radboud Universiteit.

    Jammer voor Roos dat ze niet vrijuit kan spreken over een onderwerp dat haar zo aangaat, maar ze heeft het voor een groot deel aan zichzelf te wijten. Ik heb duidelijk een heel andere kijk op mijn beroep dan Roos Vonk: als ik activist zou zijn rond een bepaald maatschappelijk thema, dan zou ik bijzonder terughoudend zijn om rond dit thema de pers te zoeken. Ik zou het alleen doen als ik 100% zeker zou zijn van mijn zaak (bijv., met zeer overtuigende data in mijn hand). Ik heb immers veel te verliezen, mijn gezag!

    groet,
    Eric

Geef een reactie

Vox Magazine

Het onafhankelijke magazine van de Radboud Universiteit

lees de laatste Vox online!

Vox Update

Een directe, dagelijkse of wekelijkse update met onze artikelen in je mailbox!

Wekelijks
Nederlands
Verzonden!