Het Valkhof en RU-archeologen leggen Romeins Nijmegen bloot
Leven in Romeins Nijmegen. Hoe was dat eigenlijk? In samenwerking met de gemeente en museum Het Valkhof gaat de universiteit de vele archeologische vondsten uit Nijmegen uitwerken. Uiteindelijk zou de samenwerking moeten uitmonden in een tentoonstelling. Stephan Mols, universitair docent provinciaal-Romeinse archeologie, werkt mee aan het project. Krijgen we alle vondsten te zien? ‘Er zijn ontzettend veel vondsten gedaan en honderden graven zijn gevonden. Sommige mensen denken dat alle depots nu open zullen gaan, maar dat is niet het geval, want er is teveel. Er moeten dus keuzes gemaakt worden. Een deel zal uitgewerkt worden en als voorbeeld dienen voor het grotere geheel.’ Wat vindt u zelf de mooiste vondst? ‘De Nijmeegse godenpijler vind ik het meest intrigerende object. Dit is een stenen, pijlervormig monument met goden erop afgebeeld. Nijmegen was een uithoek van de Romeinse wereld en dit monument heeft een duidelijke link met het centrum van het Romeinse rijk. Ook had het politiek belang.’ De tentoonstelling wordt pas in 2020 verwacht. Wat gaat er de komende tijd gebeuren? ‘Er moet eerst nog veel onderzoek worden gedaan. Tussentijds willen we wel activiteiten organiseren om het publiek al op korte termijn te betrekken bij het project. Met bijvoorbeeld lezingen en voordrachten aan de hand van een object. Dit kan van alles zijn, zoals een kelder met Romeinse schilderingen of een object uit een graf. Het is in ieder geval belangrijk dat het object in een context wordt geplaatst en dat daarover verteld wordt. Want het is wel een ding of object, maar het gaat over mensen. Dit is ook waar archeologie over gaat: een beeld creëren van het leven van de mensen. Vandaar ook de titel: Leven in Romeins Nijmegen.’ Hoe zag Romeins Nijmegen eruit? ‘Deze vraag zal beter beantwoord kunnen worden aan het einde van het project. Wat in ieder geval duidelijk gemaakt mag worden in de tentoonstelling is dat de Romeinse stad Nijmegen en de bijbehorende legerkampen zich steeds verplaatsten. Wat wij kennen als Romeins Nijmegen is de stad Ulpia Noviomagus, waaraan keizer Trajanus de stadsrechten gaf.’ Wat kunnen we verwachten van de tentoonstelling? ‘Verschillende thema’s zullen aan bod komen. Zo zal er bijvoorbeeld aandacht besteed worden aan de topografie. De kaarten die we nu hebben zijn uit 1979. Er is veel kennis bijgekomen, dus daar moet aandacht aan besteed worden. Een ander thema is Feeding the Roman town, oftewel: wat is er nodig om een stad te laten functioneren? Wat werd er geproduceerd en welke goederen kwamen binnen? Hierbij moet je niet alleen denken aan voedsel, maar ook aan bouwmateriaal, gereedschap en aanvoerroutes. Een subthema kan bijvoorbeeld de functie van aardewerk zijn. Dit werd gebruikt als verpakkingsmateriaal, maar de vraag is wat er in heeft gezeten.’/ Soesja Verheijden