Janus Secundus (1511-1536) verdient een feestje
Op 15-11-1511 werd in Den Haag een dichter geboren die tot aan de romantiek grote internationale bekendheid zou genieten: Janus Secundus. Destijds was hij, vooral vanwege zijn gedichten over ‘de liefdeskus’ even beroemd als zijn tijdgenoot Erasmus, tegenwoordig is hij vrijwel vergeten. Maar niet op de Radboud Universiteit, waar 500 jaar Janus Secundus gevierd wordt met een symposium en een tentoonstelling.
Michel de Montaigne vond het werk van Janus Secundus even lezenswaardig als Boccacio’s Decamerone en het werk van Rabelais. Janus Secundus, in 1511 geboren als Johannes Nicolaï Everaerts, was lange tijd ‘Nederlands beroemdste dichter’, vertelt Werner Gelderblom. Gelderblom is onderzoeker Latijnse taal- en letterkunde in Nijmegen. Hij is een van de organisatoren van een symposium (18 november) en samensteller van een tentoonstelling over de jarige dichter. Voorjaar 2012 hoopt hij te promoveren op de ontstaansgeschiedenis van Secundus’ werk.
Internationale doorbraak
Secundus, die niet ouder werd dan 24 jaar, heeft zijn internationale doorbraak zelf niet meer meegemaakt. Die heeft hij te danken aan zijn liefdespoëzie en dan met name aan de bundel Basia, een serie van negentien gedichten over ‘de liefdeskus’. In 1550 vertaalden de Franse Pléiadedichters Dorat en Du Bellay al enkele gedichten uit de Basia. Gelderblom: ‘Dat is bijzonder omdat heel renaissancistisch Europa alleen de dichters van de oudheid en anders Italiaanse dichters als voorbeeld zag. Janus Secundus is één van de eerste niet-Italianen die werd vertaald.’
In de eeuwen daarna volgende vertalingen in het Duits en Engels. En Secundus werd ook nagevolgd: ‘Er waren dichters die de Basia probeerden “na te doen”, met gedichtencycli over oogjes en haarlokjes. Meestal met beduidend minder succes.’
Niet te begrijpen, toch leuk
Tijdgenoten waardeerden Secundus om zijn vele verwijzingen naar de oudheid. Aan de manuscripten van Secundus, die Gelderblom intensief heeft bestudeerd, is goed te zien hoe hij zich daarvoor inspande. ‘In zijn werkmanuscripten, kladversies, kun je zien wat hij doorhaalt en vervangt. Vaak zijn die verbeteringen bedoeld om zo veel mogelijk citaten van klassieke dichters op te nemen. Voor de beter opgeleide tijdgenoten, die hele lappen Latijn uit hun hoofd kenden, waren die allemaal bekend. Voor hedendaagse lezers niet meer.’
Hoewel de hedendaagse lezer de gedichten van Secundus dus niet meer kán lezen zoals ze bedoeld waren, zijn ze nog altijd een plezier om te lezen. Daarom, en omdat Secundus meer dan tweehonderd jaar ‘Nederlands beroemdste dichter’ was, verdient hij volgens de Radboud Universiteit een feestje bij zijn vijfhonderdste verjaardag. / Anja van Kessel