Nobelprijs economie is ‘gemiste kans’
Zeventien jaar geleden verdedigde Esther-Mirjam Sent, hoogleraar Economie aan de Radboud Universiteit, haar proefschrift over haar ‘leermeester’ Thomas Sargent, een van de Nobelprijswinnaars economie 2011. Maar een fan van diens ‘superrationele’ theorie is ze niet.
Sent studeerde tussen 1989 en 1994 economie aan de Stanford Universiteit in de Verenigde Staten. Daar kreeg ze les van Thomas Sargent, die maandag samen met Christopher Sims de Nobelprijs voor de economie ontving.
Sargent en Sims krijgen de prijs voor hun (onafhankelijk van elkaar ontwikkelde) modellen die oorzakelijke verbanden leggen tussen economisch beleid (denk bijvoorbeeld aan veranderingen in rente of belastingmaatregelen) en macro-economie (denk aan Bruto Nationaal Product of inflatie). Waarbij economisch beleid zowel de macro-economie kan beïnvloeden als andersom.
Rationele verwachtingen
Het goede aan het werk van Sargent en Sims is, aldus Sent, dat zij een nieuwe push gegeven hebben aan de macro-economie en een sterker micro-economisch en empirisch fundament onder macro-economische voorspellingen hebben gelegd. Alleen: hun werk gaat wel helemaal uit van rationele verwachtingen. ‘Hun modellen veronderstellen dat mensen, huishoudens, bedrijven volledig rationeel met informatie omgaan.’
Daar is Sent, wier mantra ‘economie is emotie’ is, het niet mee eens. Haar onvrede met de ‘superrationele’ theorieën van met name Sargent beschreef ze al in 1998, in haar boek getiteld The evolving rationality of rational expectations: an assessment of Thomas Sargent’s achievements. Een titel waar de uitgeverij op stond, zelf had ze het proefschrift uit 1994 Resisting Sargent genoemd, twitterde Sent maandagmiddag.
Gemiste kans
Het gaat er Sent niet om haar gelijk te halen, vertelt ze, maar teleurgesteld is ze wel. ‘Juist aan de modellen die de huidige economische crisis níet hebben voorspeld, is nu de Nobelprijs toegekend. In het kader van die crisis is dit een enorme gemiste kans.’
Want in dat kader, vindt Sent, had de prijs beter aan een gedragseconoom kunnen worden uitgereikt zoals Richard Thaler, die onder meer publiceert over quasi-rationele economie en hoe niet al te rationeel handelende mensen gunstiger keuzes kunnen maken. Of bijvoorbeeld aan Robert Shiller, ook een gedragseconoom, die wél al waarschuwde voor de ‘hypothekenbubble’ die in 2007/2008 het begin vormde van de huidige crisis. ‘Op die manier zou de toekenning van de Nobelprijs beter hebben aangesloten bij de realiteit en de actualiteit.’ / Anja van Kessel