Oudste introloper Ron gaat sociologie studeren: ‘Ik ben benieuwd of mijn hersenen die nieuwe informatie nog snel kunnen opnemen’
-
Ron van de Zant met mede introplopers in het Maria Montessori gebouw. Foto: Johannes Fiebig
Voor deeltijdpensionado Ron van der Zant geen fietstochtjes of bootreizen, maar een voltijdstudie sociologie. In zijn lange loopbaan als bedrijfsarts kwam hij fascinerende zaken tegen die hij nu graag vanuit een sociologisch perspectief wil uitdiepen. ‘Ik doe dit vooral vanuit een persoonlijke interesse en behoefte.'
‘Ik ben natuurlijk wel een vreemde eend in de bijt’, vertelt Ron van der Zant in zijn roze introshirtje, zittend op een van de grote stenen banken voor het Maria Montessorigebouw. Van der Zant werkt al een half leven als bedrijfsarts, maar begint dit jaar ook aan een voltijdstudie sociologie. ‘Gelukkig reageert iedereen heel vriendelijk, enthousiast en nieuwsgierig. Het is een warm bad’, vertelt hij lachend.
‘Ik ben twee generaties ouder en zit in een andere fase van mijn leven’
Met zijn 64 jaar is de geboren Nijmegenaar een opvallende verschijning tussen de andere introlopers, die zo’n veertig jaar jonger zijn. Hij is dan ook de oudste intro-deelnemer van dit jaar. Meedoen aan de introductie is geen verplichting, maar Van der Zant vindt het een fijn idee wanneer zijn medestudenten hem als ‘vreemde eend’ al een beetje kennen voor hij aan zijn studie begint.
‘Ik ben twee generaties ouder. Ik zit in een andere fase van mijn leven, waarin ik niet zozeer hoef te zoeken naar wie ik ben, waar ik ga wonen, of hoe ik mijn dingen ga regelen.’
1979
De sociologiestudent ziet ook overeenkomsten met de jongere garde. ‘Dit is een nieuwe wereld voor hun, maar ook voor mij. Ik zal veel moeten vragen over zaken die ik niet weet. Dan denk ik aan ICT-dingen zoals Brightspace of Osiris. Daarin loop ik ongetwijfeld een keer vast. Ik zal hun hulp nodig hebben en ik hoop op andere gebieden zelf een steentje te kunnen bijdragen. Bijvoorbeeld door vanuit mijn kennis en ervaring met hen mee te denken.’
Bij de pubquiz eerder deze week kwam zijn senioriteit in ieder geval al goed van pas. ‘Ik wist bijvoorbeeld waar de letters N.E.C. voor staan (Nijmegen Eendracht Combinatie, red.) en wat de oudste winkelstraat van Nijmegen (de Lange Hezelstraat, red.) is.’ De kroegentocht na de quiz liet hij wel aan zich voorbijgaan.
Toen Van der Zant in 1979 geneeskunde ging studeren liep hij ook al een introductie aan de toenmalige Katholieke Universiteit Nijmegen. ‘Het is nu veel grootser opgezet. Zo’n markt waar alle verenigingen en organisaties zich aan je voorstellen of een festival in Brakkenstein, dat was er nog niet.’

Qua opleiding trekt hem juist het kleinschalige aan. ‘Bij geneeskunde zaten we vaak met honderdvijftig man in een collegezaal. Bij sociologie zijn dat er zo’n veertig á vijftig. Je leert medestudenten en docenten dus veel sneller kennen. Het is een kleinere community.’
Psychisch verzuim
Als bedrijfsarts bij de Arbo Unie begeleidde Van der Zant werknemers om na uitval weer gezond aan het werk te kunnen. Ook adviseerde hij bedrijven over hoe zij uitval kunnen voorkomen. Gedurende zijn loopbaan kwam hij regelmatig fascinerende situaties tegen waar hij graag dieper in zou duiken. Sommige van die casussen hoopt hij nu als sociologiestudent alsnog te kunnen onderzoeken.
‘Ik was bijvoorbeeld tegelijkertijd bedrijfsarts van een machinefabriek en van een gemeente, beide met zo’n honderd werknemers. Bij de machinefabriek zag ik bijna geen psychisch verzuim, bij de gemeente wel. Heel interessant: want hoe kan bijna 70 procent van het verzuim bij die gemeente psychisch zijn waar dat bij de machinefabriek slechts 10 procent is? Hebben die fabriekswerknemers geen scheidingen? Of financiële problemen of gedoe met de kinderen? Daar zou ik graag vanuit sociologisch perspectief naar kijken. Wat kan dat nou verklaren?’
Geen tweede carrière
Hoewel Van der Zant dus niet zit met de stress van het vinden van een kamer of een bijbaan om de financiële eindjes aan elkaar te knopen, vindt de kersverse sociologiestudent deze nieuwe stap toch wel spannend.
‘In mijn geneeskundetijd dacht ik aan het begin van elk trimester: al die nieuwe vakken, ga ik dat wel kunnen? Dat heb ik nu ook weer een beetje. Uiteindelijk kon ik het en dat zal nu ook wel weer zo zijn. Maar ik ben erg benieuwd of mijn hersenen die nieuwe informatie net zo snel kunnen opnemen als die van de jonkies. Waarschijnlijk niet, maar hopelijk kan ik dat hier en daar wel compenseren met eerdere opgedane kennis.’
‘Mijn zoon en dochter zeiden; “Pa nu moet je echt hard gaan werken”.’
Dat hij nu opnieuw voltijds mag studeren noemt Van der Zant een ‘ongekende luxe’. ‘Ik had altijd al in mijn hoofd dat ik na mijn pensionering sociologie wilde studeren. Uiteindelijk bleek ik met vervoegd pensioen te kunnen, waardoor deze wens eerder uitkwam.’ Zijn thuisfront is positief over zijn studieplannen. ‘Mijn partner Karin vindt het leuk dat ik opnieuw ga studeren en is benieuwd hoe het me bevalt. Mijn zoon David (23) en dochter Lisa (33) lachten me hartelijk toe (of uit) en zeiden; “Pa, nu moet je echt hard gaan werken”.’
Als bedrijfsarts klust Van der Zant af en toe nog wat bij, maar hij ambieert geen tweede carrière in de sociologie. ‘Ik doe dit vooral vanuit een persoonlijke interesse en behoefte. Mijn twee belangrijkste uitgangspunten zijn: Vind ik het leuk en kunnen mijn hersenen dit nog? Blijkt van niet, dan houd ik er weer mee op en heb ik het in ieder geval geprobeerd.’