‘We lagen verscholen achter dikke gordijnen’
Het Museum voor Anatomie en Pathologie huist al ruim veertig jaar in het gebouw van de medische faculteit aan het Geert Grooteplein. Al die tijd lag het museum uit het zicht, verscholen achter dikke gordijnen. Tot nu: bij een recente verbouwing werd een fraaie voorgalerij geplaatst. Zodadelijk is de feestelijke opening. Oorspronkelijk, toen het museum in de jaren zestig werd opgericht, was het alleen bedoeld voor studenten geneeskunde. Maar al snel werden de activiteiten uitgebreid: ook hbo-studenten, scholieren van middelbare scholen en zelfs basisschoolleerlingen bezoeken de zalen met regelmaat. Maar liefst 13.000 bezoekers wisten in 2010 de weg naar het museum te vinden. Terwijl dat nog niet meevalt. Verscholen ‘We lagen verscholen achter dikke gordijnen. Zelfs medewerkers vroegen tijdens de verbouwing of we hier al lang zaten’, zegt conservator Joop van der Straaten. Van der Straaten is blij met de nieuwe voorgalerij, waar verschillende museumstukken zijn tentoongesteld en waar via een interactief, digitaal scherm het klassieke zeventiende-eeuwse anatomieboek van Albinus te lezen is. ‘Het is een stuk publieksvriendelijker.’ Feestelijk Vanavond wordt de nieuwe voorgalerij feestelijk geopend. Van der Straaten, die in de jaren zestig zelf in Nijmegen geneeskunde studeerde en sinds 1966 bij het museum betrokken is, presenteert dan ook het boekje Wie ben ik. ‘Dat heb ik samen met Noud Bles geschreven. Het draait om de mens in zijn twaalf levensfasen. Noud heeft bij iedere fase een gedicht gemaakt, ik heb daarbij een bijpassend stuk uit het museum met een bijzonder verhaal gezocht en beschreven.’ / Mark Merks Voor meer over het Museum voor Anatomie en Pathologie: zie deze link.
Eerlijk zullen we ons erfgoed delen | Vox magazine schreef op 11 maart 2013 om 13:32
[…] Academisch Erfgoed noemt verheugd de collecties van het Katholiek Documentatie Centrum (KDC), het Museum voor Anatomie en Pathologie en de archieven van de UB. Â Daar kunnen we wellicht uit afleiden dat zij die collecties het meest […]