Home » Nieuws » ‘Wow, wat is de universiteit groot’
‘Wow, wat is de universiteit groot’
16 mei 2013
Deze maand viert de universiteit haar negentigste verjaardag. Vandaag het vijfde deel in een serie van de Gelderlander en Vox. Ondernemers Hennie Linders en Jeroen Smits (allebei 52) lopen een dagje mee met psychologiestudent Sophie Brus (21). Wat vinden ze van het studentenleven?Sophie (helemaal rechts) neemt ondernemers Hennie Linders (achter met rood petje) en Jeroen Smits (daarnaast) mee naar de universiteit. Foto: Bert Beelen Zeg verse zuurkool uit het vat, rood-groen-zwart en anti-Arnhem. Menigeen denkt dan aan buurtwinkel Jan Linders in het Waterkwartier. Hennie is de eigenaar van deze supermarkt, die zijn vader in het verleden heeft opgezet. Net als zijn kameraad Jeroen, al tientallen jaren rijschoolhouder in Weurt, volgde hij in zijn jeugd een opleiding in de detailhandel. Vervolgens gingen beide mannen werken, net als hun vrienden dat in die tijd deden. ‘We wilden allemaal geld verdienen. Anders kon je niets.’ Daar denkt Sophie Brus (21), derdejaars student psychologie aan de Radboud Universiteit, anders over. De eerste paar maanden van haar studie woonde ze nog bij haar ouders in de buurt van Tilburg. Vervolgens ging ze op kamers; met twee vriendinnen heeft ze een appartementje in Oost. Bijna elke dag gaat ze op de fiets naar de universiteit. Zo ook deze woensdag. Ze heeft vandaag geen lessen, maar wel een zogeheten denktank. Dat vak is niet verplicht, maar iets wat Sophie extra doet. Reden: het staat goed op haar cv. Samen met zeven andere studenten onderzoekt ze wat bezoekers van de website Mijnzorgnet.nl vinden. Deze middag verbeteren ze van één tot drie uur het conceptverslag, wat uiteindelijk bedoeld is voor hun opdrachtgever. Hennie en Jeroen, die op uitnodiging van de Gelderlander en Vox een dagje meekijken in het leven van een student, helpen mee. Voor zover ze dat kunnen: ‘Ik vind het zo knap van die studenten. Je moet echt discipline hebben’, zegt Jeroen. ‘Daar zou het bij mij aan ontbreken.’ Na deze denktank zit de studiedag er al op voor Sophie. En dus ook voor de twee kameraden-voor-één-dag. Sophie geeft het tweetal een rondleiding: langs de koffiecorner van Douwe Egberts, restaurant De Refter, de bibliotheek, de collegezaal en serre bij de rechtenkantine die volgens de mannen op Burgers Bush lijkt. ‘Wow, wat is het groot hier. En zo relaxed. Dat had ik niet verwacht’, reageert Hennie, gehuld in een zwarte Nijmegen-trui en met een rood petje op. ‘Ik dacht altijd: waarom hebben we toch zoveel kroegjes in Nijmegen? Nu snap ik het. Voor al die jongens en meiden, die hier rondlopen. Goed voor de bedrijvigheid.’ Jeroen: ‘Dit is echt een dorp in een stad. Je zou bijna verdwalen.’ Doorstuderen Dan is het tijd om een kijkje te nemen op de kamer van Sophie. De muren hangen vol kaarten en foto’s. ‘Dat is je pa, hè?’, vraagt Hennie. Ze knikt: ‘Hij heeft ook gestudeerd, geneeskunde in Utrecht. Mijn moeder deed pedagogiek in Nijmegen. Mijn ouders stimuleren mij ontzettend. Regelmatig vragen ze: geniet je wel genoeg? Ze weten uit eigen ervaring dat je dit studentenleven maar één keer meemaakt.’ Hennie: ‘Zelf heb ik het niet gekend, maar ook niet gemist. En als ik het over zou mogen doen, ging ik weer mijn supermarkt in. Vooral omdat ik geld wil hebben. En ga je studeren, dan kun je nauwelijks verdienen.’ Sophie, die zes uur per week bij de thuiszorg werkt, lacht. Ze wil na haar studie psychologie doorstuderen, waarschijnlijk in Utrecht of Amsterdam. ‘Want anders ben ik wel heel vroeg klaar. Werken kan ik mijn hele leven nog.’ In de kamer van Sophie. Foto: Bert Beelen De dag sluiten ze samen af op het terras van café Biessels op de Grote Markt. Tussen alle studenten genieten ook Jeroen en Hennie van een pilsje. Jeroen: ‘Hennie, zie je ons hier over tien jaar al zitten? Dan beleven wij onze studententijd. Alleen zonder studie.’ Hennie knikt. ‘Zekers te weten. En weet je, Jeroen? Arnhem is dan wel de hoofdstad van Gelderland, maar wij hebben de universiteit. En daar mogen we echt trots op zijn. Dat heb ik vandaag wel gezien.’ / Bianca Govers