Nieuw materiaal uit koninklijke archieven in herdruk biografie Piet de Jong
De biografie van Piet de Jong, minister-president van 1967 tot 1971, verscheen in 2001 en is sinds enkele jaren uitverkocht. Vandaag, dinsdag 15 november, wordt het eerste exemplaar van een herziene herdruk gepresenteerd aan de 96-jarige oud-premier. De auteurs, onderzoekers bij het Centrum voor Parlementaire Geschiedenis van de Radboud Universiteit Nijmegen, actualiseerden het boek en konden ook enig nieuw materiaal opnemen, onder andere afkomstig van het koninklijk huis.
Piet de Jong stond in de parlementaire geschiedenis van Nederland lange tijd te boek als ‘iemand die op de winkel paste’. Zo omschreef De Jong het zelf – maar dat is een toch wat al te bescheiden voorstelling van zaken, menen zijn biografen Jan-Willem Brouwer en Johan van Merriënboer van het Centrum voor Parlementaire Geschiedenis (CPG). En zij niet alleen: ook andere historici en parlementair journalisten hebben sinds de jaren zeventig hun beeld van de kleine oud-politicus (hij was 1 meter 62, iets waar in menig spotprent gebruik van werd gemaakt) bijgesteld.
De Jong, zo bleek al in de eerste druk van diens biografie, was een prima team builder, iemand die er goed in slaagde om een kabinet bijeen te houden in zeer roerige tijden. Een kabinet dat bovendien veel maatschappijhervormende maatregelen heeft genomen, zoals de wet op de democratisering van de universiteiten, een nieuwe echtscheidingswet, legalisering van de verkoop van voorbehoedsmiddelen en het schrappen van strafbepalingen tegen homoseksualiteit.
Heet van de naald-verslag
Voor de herdruk van de De Jong-biografie hebben Brouwer en Merriënboer onder meer gebruik gemaakt van archiefmateriaal over de O-24, een onderzeeboot in aanbouw, waar marineofficier De Jong voor de Tweede Wereldoorlog toezicht op had en die in mei 1940 succesvol naar Engeland is geëvacueerd. Nieuws leverde dat materiaal niet op, wel een ‘heet van de naald’-verslag van De Jong in het scheepsjournaal van de O-24, waar de inval van de Duitse troepen op 10 mei 1940 van uur tot uur gevolgd wordt.
Greet Hofmans en een woedende Juliana
Nieuw is ook materiaal uit de archieven van de sinds de eerste druk overleden prins Bernhard en prinses Juliana, bij wie De Jong tussen 1955 en 1958 in dienst was als adjudant. Hij maakte daar in 1956 de Greet Hofmans-affaire van zeer nabij mee. Over die periode bevat de herziene biografie een hoofdstuk waarin Juliana woedend blijkt omdat ze zich niet voldoende door het hofpersoneel gesteund voelt, wat haar ertoe brengt om dat hele personeel per brief met ‘verdere tegenmaatregelen’ te dreigen als degenen die zich kritisch over haar hebben uitgelaten, zich niet onmiddellijk bekendmaken. De Jong roept de vorstin vervolgens met een beleefde, maar niet mis te verstane brief tot de orde. Een brief die, aldus de biografen, inzicht geeft in De Jongs karakter: hij is wellevend en vriendelijk, maar als het nodig is stelt hij grenzen, zelfs aan de koningin.
Eigenwijze Beatrix
Nieuw in de biografie is de weergave van een briefwisseling uit november 1965, tussen prinses Beatrix en De Jong, op dat moment minister van Defensie. Onderwerp is het aanstaande huwelijk en de zorgen die er in en buiten de Kamer op dat moment leven over Beatrix’ gevoel voor de constitutionele verhoudingen. De Jong wijst de prinses op die zorgen; het antwoord van Beatrix heeft een ontwapenende toon: ‘Wie mij eigenwijs vindt, heeft gelijk (…) maar inconstitutioneel denk ik niet en zal ik niet kunnen denken. Laster hieromtrent moet ik terzijde schuiven voor wat het is, (…)’
Mas-to-dont
Uiteraard is de biografie geactualiseerd en zo is er aan het eind van het boek aandacht voor de rol die De Jong speelde op het CDA-congres van oktober 2010, waar hij zich uitsprak tegen de samenwerking van zijn partij met de PVV: ‘Dat ik op mijn oude dag moet meemaken dat de hand wordt gelicht met de godsdienstvrijheid. Dat kan niet.’ De Jong werd vervolgens als een van de mastodonten (letterlijk: mammoeten) van de partij gekwalificeerd, wat hij gemoedelijk opvatte. Tegen Ruud Lubbers zei hij: ‘Nou ben ik natuurlijk klein van stuk en dat heeft altijd een beetje geschuurd. En ineens geeft mijn partij mij op mijn vijfennegentigste verjaardag een cadeau: ik word mas-to-dont!’
Jan Willem Brouwer en Johan van Merriënboer
Van buitengaats naar Binnenhof. P.J.S. de Jong, een biografie
Amsterdam: Boom uitgevers, 2011