Campusplan: Studentenwoningen in Spinoza en mogelijk afscheid van aulagebouw en Berchmanianum
-
Campus van de Radboud Universiteit vanuit de lucht. Foto: Dick van Aalst
Het Erasmusplein, het Radboud Sportcentrum en de faculteitsgebouwen moeten het kloppend hart van de toekomstige campus worden. Dat blijkt uit het nieuwe campusplan van de universiteit. Het Berchmanianum, de Comeniusgebouwen, de aula en andere gebouwen staan op de nominatie om afgestoten te worden.
Het campusplan is voorlopig en moet nog worden goedgekeurd door de Universitaire Gezamenlijke Vergadering (UGV) en de Raad van Toezicht. Beide buigen zich in november over het plan en nemen hier in december een besluit over.
De renovatie van het Linnaeusgebouw (de collegezalen naast het Huygensgebouw), het verkopen van het Spinozagebouw en de renovatie van het Erasmusgebouw staan als eerste punten op de actielijst die voortvloeit uit het nieuwe campusplan met titel ‘Meer campus, minder meters’. Maar in de nieuwe visie op de campus in de komende tien jaar staan nog veel meer maatregelen die zijn ingegeven door dalende studentencijfers, bezuinigingen en efficiënter werken.
‘De behoefte aan ruimte loopt terug en het is de verwachting dat dit doorzet’, zegt hoofd Campus Development Koen Fleuren. ‘We kunnen op termijn 25 procent besparen op kantoorruimte door efficiënter gebruik en omdat we met minder mensen zijn.’
De universiteit kan flink bezuinigen als leeggekomen gebouwen daarna worden afgestoten. De opstellers van het campusplan hebben hiervoor gekeken naar gebouwen aan de randen van de campus. Dan komen Comeniuslaan 2, 3 en het Aulagebouw in aanmerking, net als de Mercatorgebouwen (rond het Huygensgebouw) en het Berchmanianum. Mocht de krimp niet doorzetten dan kan dit nog veranderen.
Het vorige campusplan dateert van 2022. Dat er drie jaar later alweer een nieuw campusplan ligt, heeft te maken met de financiële situatie en de dalende studenten- en medewerkersaantallen. Tegelijkertijd moeten enkele gebouwen snel gerenoveerd worden.
Erasmusplein
In vergelijking met het vorige campusplan wordt de campus compacter. Centrale plek in het nieuwe plan is het gebied rond het Erasmusplein (UB, Erasmusgebouw, Gymnasion) dat de schakel moet vormen tussen het zuidelijke en oostelijke gedeelte van de campus. In dit gebied wordt in de toekomst ook de plek voor academische plechtigheden gezocht.
Centrale plek in het nieuwe plan is het gebied rond het Erasmusplein.
Het Erasmusgebouw is beeldbepalend en van ver herkenbaar, aldus Koen Fleuren. Het campusplan voorziet in een grondige renovatie van het gebouw. Ook de faculteitsgebouwen (Grotius-, Maria Montessori-, Elinor Ostrom- en Huygensgebouw) blijven in gebruik, omdat ze specifiek ontworpen zijn als gebouwen voor onderwijs en onderzoek.
Spinozagebouw
Het leegstaande Spinozagebouw wordt zeker afgestoten. Het gebouw gaat gebruikt worden voor betaalbare studentenhuisvesting. ‘Bij voorkeur in samenwerking met SSH&’, aldus het campusplan. Enkele jaren geleden was het nog de bedoeling dat op deze plek een nieuwbouw voor geesteswetenschappen zou verrijzen. Dat plan is van de baan. De faculteiten der Letteren en Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen komen terug in een gerenoveerd Erasmusgebouw.

Andere gebouwen die snel afgestoten kunnen worden, zijn de oude manege ter hoogte van de Hortus en voormalig kinderdagverblijfgebouw De Gele Vlieger, achter het Huygensgebouw. Mercator II zou in 2027 verkocht kunnen worden.
Na 2030 kunnen daar Comeniuslaan 4 en 6 bijkomen. Die worden nu nog gebruikt voor digitaal toetsen. ‘In tentamenperiodes zijn er over het algemeen geen colleges dus dan zou je de collegezalen kunnen inzetten als toetslocatie’, aldus ontwikkelmanager Ferry Soetekouw van Campus Development. ‘Er moeten dan nog wel aanpassingen worden gedaan. Uiteindelijk krijgen de studenten dezelfde faciliteiten als nu maar dan op een andere plek.’
Volgens Soetekouw zijn de gebouwen aan de Comeniuslaan, waar ook de aula aan ligt, mede in beeld gekomen omdat ze behoren tot de gebouwen ‘aan de rand van de campus, die inefficiënt zijn of slecht scoren op het gebied van duurzaamheid en waar onderhoudstechnisch het nodige aan schort.’
Berchmanianum
Opvallend is de optie om het Berchmanianum na de renovatie van het Erasmusgebouw in 2030 af te stoten. Het academiegebouw is pas zeven jaar in gebruik door de universiteit en huisvest het college van bestuur en vele ondersteunende diensten. De kapel wordt gebruikt voor diploma-uitreikingen. Gebruikers en functies zouden volgens het plan kunnen worden verplaatst naar het Erasmusgebouw.
De universiteit heeft veel kosten gemaakt om het Berchmanianum te transformeren van klooster naar kantoor. Koen Fleuren: ‘Maar dat heeft de waarde van het gebouw en de omgeving ook echt vergroot. De toekomst moet uitwijzen of het gebouw daadwerkelijk wordt afgestoten. Mogelijk hebben we het campusplan tegen die tijd al moeten bijstellen als gevolg van nieuwe ontwikkelingen. Maar met de huidige inzichten hebben we het gebouw niet meer nodig na de renovatie van het Erasmusgebouw.’

Bij het afstoten van gebouwen hanteert het campusplan de opties slopen, verhuren of verkopen. Vooral verhuur is een belangrijke optie als toekomstig ruimtegebruik onduidelijk is. Koen Fleuren: ‘We moeten tien jaar vooruitkijken, maar we hebben geen glazen bol. Wanneer onduidelijk is wat er in de toekomst gaat gebeuren, kun je beter tijdelijk verhuren en kijken hoe de situatie zich ontwikkelt.’
In alle opties blijft de grond in bezit van de Radboud Universiteit. Verkoop van gebouwen gaat in combinatie met erfpacht.
Onderhoud
Dat het afstoten van enkele gebouwen pas na 2030 op de agenda staat, heeft te maken met tijdelijke huisvesting tijdens twee grote renovaties. Zowel het Erasmusgebouw als het Huygensgebouw moeten worden gerenoveerd. De vele gebruikers worden tijdelijk in andere gebouwen op de campus gehuisvest. Dat kan in Mercator 1 zijn of TvA 1, maar ook andere gebouwen komen in aanmerking binnen het zogenaamde ‘schuifplan’.
De krappe financiële situatie van de universiteit zorgt ervoor dat zichtbare gebreken aan gebouwen niet altijd meer hersteld zullen worden.
De krappe financiële situatie van de universiteit zorgt ervoor dat zichtbare gebreken aan gebouwen niet altijd meer hersteld zullen worden. In het Campusplan wordt dit meerdere keren als volgt benoemd: “Gebreken mogen in deze periode ontstaan en zichtbaar zijn.” Ferry Soetekouw licht toe: ‘In een ideaal scenario hadden we meer middelen beschikbaar gehad. We hebben ervoor gekozen om niet overal grootschalig te renoveren, maar te investeren in duurzaamheid en in slimme, efficiënte oplossingen.’
Gevolgen
Het campusplan betekent voor sommige medewerkers dat ze ergens in de komende jaren van werkplek moeten verhuizen. Soms zelfs meer dan eens. Studenten en docenten gaan ook overlast ervaren van het onderhoud aan het Linnaeusgebouw, aldus Ferry Soetekouw. ‘Dat wordt gedaan in een tweede semester wanneer er minder colleges zijn. Van februari tot juli, met uitloop in de zomervakantie. Maar het zou kunnen dat colleges worden opgeschoven naar de randen van de dag of week, of digitaal worden gegeven.’ Het nu nog kale, betegelde plein voor het Linnaeusgebouw wordt meegenomen in de renovatie en wordt groener en prettiger.
Een van de grote doelen van het plan is om onderwijsruimtes efficiënter in te zetten. Opleidingen betalen immers zaalhuur per stoel; waardoor het duur is om grote zalen voor kleine groepen te huren. Als de opkomst bij een college binnen een semester fluctueert, is het ook een optie om tijdens een collegereeks te wisselen van locatie. Koen Fleuren: ‘Dat vraagt wel wat van de roosteraars en docenten, maar het is een stuk efficiënter en biedt kansen voor andere gebruikers.’
Cultuuromslag
De opstellers van het campusplan zien veel kansen in een compactere campus. ‘Ik wil benadrukken dat we mensen niet van de campus af willen krijgen’, zegt Suzanne Vahl, directeur Campus & Facilities. ‘De nieuwe strategie van de universiteit draait om verbinden en ontmoeten. Daar is ook dit campusplan op gericht. Het nu al goed gebruikte gebied rond de UB, Radboud Sport en Cultuur centrum (RSC) en Erasmusplein wordt een levendig centrum en daaromheen komen universiteitsgebouwen waar het om onderwijs en onderzoek draait. We willen ook de openingstijden van gebouwen aanpassen op de functies. Die kun je uitbreiden in het centrale deel, terwijl die in de universiteitsgebouwen worden verbonden aan de tijden waarop er onderwijs en onderzoek plaatsvindt.’
‘We willen ook de openingstijden van gebouwen aanpassen op de functies’
Ferry Soetekouw: ‘Dat wil niet zeggen dat alle activiteiten in het centrum plaatsvinden. We kunnen altijd opschalen en evenementen organiseren in bijvoorbeeld het Grotius- of Huygensgebouw. Het is belangrijk om een cultuuromslag te realiseren. Door meer te delen en ruimtes slimmer te benutten, willen we samenwerking en ontmoeting tussen verschillende groepen stimuleren.’
Suzanne Vahl: ‘Dat zag je al gebeuren bij de zomersluiting van gebouwen. Naast dat het ongemak met zich meebracht, was het positieve effect dat het leidde tot andere ontmoetingen en dat mensen andere plekken leerden kennen.’
Studentenwoningen op de campus en de daarbij horende voorzieningen moeten, tot slot, bijdragen aan een levendigere campus. Het zal een plek zijn waar niet alleen studenten en medewerkers, maar ook externe partners elkaar kunnen ontmoeten, ook buiten kantooruren, benadrukt Koen Fleuren. ‘We willen onze kwaliteiten, waaronder het groen op de campus naar voren laten komen. Het moet een plek zijn waar mensen graag willen verblijven.’

Jos Joosten schreef op 17 november 2025 om 11:02
Nou nou, er is heel wat nagedacht door deze vastgoedjongens en -meiden van stavast! Daarbij kijken ze niet op een gebouwtje meer of (vooral) minder. Tikkie triest wel dat er vooral in bakstenen en vierkante meters wordt geredeneerd en geen woord gewijd aan de belangrijkste gebruikers van al dat moois: onderzoekers, docenten, studenten, overig personeel… Of geen woord? Nou ja, toch wel. Dit namelijk: ‘Het campusplan betekent voor sommige medewerkers dat ze ergens in de komende jaren van werkplek moeten verhuizen. Soms zelfs meer dan eens. Studenten en docenten gaan ook overlast ervaren.’ En o ja, de organisatie van dat onderwijs regelt de afdeling vastgoed ook effe: ‘het zou kunnen dat colleges worden opgeschoven naar de randen van de dag of week, of digitaal worden gegeven.’ En ik maar denken dat onze decanen onderwijs en onderwijsdirecteuren hier over gingen.
Medewerkers, studenten, andere gebruikers: het lijken vooral lastige hobbels bij de uitvoering van het Campus Plan. Erg ontluisterend dat er voor de menselijke maat binnen onze universitaire gemeenschap helemaal geen enkel oog lijkt te zijn bij dit soort mensen.
Pieter schreef op 17 november 2025 om 11:28
Ik vind ’t ook allemaal verre van optimaal klinken, maar aan de andere kant: er moet wel echt flink bezuinigd worden. Als de keuze dan is tussen het afstoten van gebouwen (want die zijn echt duur, en er zijn genoeg verdiepingen/ruimtes/gebouwen die op sommige werkdagen nagenoeg leeg zijn) of het schrappen van (nog meer) opleidingen en medewerkers, dan lijkt mij de keuze helder.
Pepperoni schreef op 17 november 2025 om 15:43
Maandagochtend 11 uur. Je zou ook gewoon een college kunnen voorbereiden ipv dit soort stukjes te typen in de baas zijn tijd.
M. Efficiens schreef op 17 november 2025 om 15:39
‘We kunnen op termijn 25 procent besparen op kantoorruimte door efficiënter gebruik en omdat we met minder mensen zijn.’
Jaja, alsof er nu zoveel kantoorruimte beschikbaar is. Ik interpreteer dit vooral als dat mensen niet meer naar de campus durven te komen om te studeren of werken, omdat alles op flexwerken is ingericht en maar moet gokken of je niet meer tijd bezig bent met iedere keer je plekje opbouwen en afbreken (als je er een hebt).
Mijn voorspelling: over 20 jaar hebben we nog 1 kantoor en 1 studieplek en mogen alle medewerkers en studenten die al roulerend 1 minuut per week gebruiken. Alle rapportages over bezetting concluderen vervolgens jubelend dat het werkt, want beide ruimtes zijn maar 50% van de tijd bezet: iedereen blijft namelijk weg.
Jos Joosten schreef op 17 november 2025 om 15:47
Die keuze wordt steeds voorgelegd als excuus voor allerlei maatregelen (zoals die tamelijk kwestieuze verhuizing-voor-een-korte-termijn binnen het Erasmusgebouw) en je moet al een hart van steen hebben als je zou zeggen dat je liever een behoorlijke werkplek hebt dan een ontslagen collega. Maar er zou toch een tussenweg denkbaar moeten zijn waar niet de mensen van de afdeling vastgoed binnen de RU de collegeroosters van de docenten gaan bepalen
Marieke schreef op 17 november 2025 om 17:01
Het enige wat ik lees is dat er minder ruimte komt voor onderzoekers, docenten en studenten om met elkaar samen te komen. Studentenhuisvesting is uiterst belangrijk, alleen nemen hierdoor studeerplekken af. Is dat juist niet wat een campus moet zijn, een plek van (academische) ontmoeting? Er is nu al te weinig ruimte voor alle studenten /docenten om samen te komen ….
dr.ir. L.J. Lekkerkerk (Hans) schreef op 18 november 2025 om 09:03
Als je facility managers dit soort plannen laat maken kijken ze vooral naar het huisvestingsbudget en hoe dat omlaag kan.
Wat ze vergeten is dat dit vergeleken met personele lasten (bij FdM ruim 80%) maar een schijntje is. Op dit schijntje besparen kan vooral door de mensen te pesten met flexplekken (o.a. zonder boekenkasten), waardoor ze de campus gaan mijden. De kosten daarvan zijn moeilijk in geld uit te drukken, maar een veelvoud van het (relatieve) schijntje aan vastgoedbezuinigingen.
Mens ipv kostenpost schreef op 18 november 2025 om 10:10
Iedereen moet bezuinigen en Campus & Facilities dus ook. Logisch dat er wordt nagedacht over hoe dat het beste kan.
Mijn ervaring met de plannen van C&F is echter dat er vooral gekeken wordt naar cijfertjes en niet naar het effect van de plannen op mensen. In het Berchmanianum zijn er al meerdere voorbeelden voorbijgekomen, zoals een verdwijnende koffie-automaat wegens ’te weinig gebruik’ volgens de C&F-norm, waardoor medewerkers nu naar een andere vleugel op een andere verdieping van het gebouw moeten lopen om koffie en thee te kunnen halen, een bijna niet meer open te krijgen buitendeur omdat de dranger is afgesteld op ‘veiligheid’ in plaats van bruikbaarheid, kluisjes die aan het eind van de week automatisch openspingen zodat je je spullen niet in het weekend achter kunt laten, en natuurlijk het opgedrongen flexwerken, waarbij wordt verwacht dat we onze aanwezigheid tijdens de werkweek spreiden om zo optimaal mogelijke bezetting van werkplekken te krijgen, terwijl je natuurlijk naar kantoor gaat om met elkaar samen te werken en te overleggen, wat impliceert dat je allemaal op dezelfde dagen van de week aanwezig wil zijn.
Het resultaat van deze nieuwe plannen is waarschijnlijk dat er weliswaar een hoop geld wordt bespaard, maar dat het wederom ten koste gaat van het werkplezier van de medewerker. Alle mensen die nu gebruikmaken van de gebouwen die worden afgestoten moeten in de andere gebouwen erbij worden gepropt en dat betekent alleen maar meer flexwerken en zoeken naar een vrije plek als je naar de campus komt. Waardoor we maar gewoon nog meer thuis gaan werken dan we nu al zijn gaan doen, en C&F in zijn cijfertjes nog lagere bezetting van de gebouwen gaat registreren. Een vicieuze cirkel, die tot het tegenovergestelde van ‘verbinden en ontmoeten’ leidt.
Stuurlui schreef op 19 november 2025 om 16:21
Alle stuurlui staan duidelijk weer aan wal. Het is inmiddels het vierde jaar op rij dat de studentenaantallen dalen, de inkomsten sterk teruglopen en de bezetting van gebouwen structureel laag is. Tel daarbij op dat we als universiteit forse duurzaamheidsambities hebben, en dan is het toch moeilijk te begrijpen waarom in sommige reacties “niets doen” als beter alternatief wordt gepresenteerd.
Dat het vastgoed moet aansluiten bij de omvang van de populatie én de portemonnee is geen dogma van C&F maar simpelweg gezond bestuur.
De behoefte aan goede koffie, kluisjes, boekenkasten en notabene deurdrangers is op zichzelf legitiem — natuurlijk wil iedereen een prettige werk- en studieomgeving. Maar in deze discussie worden dit soort details vooral gebruikt als excuus om geen onderdeel te hoeven zijn van een onvermijdelijke en broodnodige verandering.
Jos Joosten schreef op 20 november 2025 om 13:10
Tsja, dit dus. Ex cathedra (en anoniem!) uitleggen dat de mensen die het rechtstreeks aangaat hun mond moeten houden en blij mogen zijn dat er zo goed voor hen gezorgd wordt.
Niemand zal ontkennen dat een nieuwe situatie om nieuwe maatregelen vraagt. Maar (onder meer) mijn punt is juist dat je dat niet alleen moet laten doen door een stel vastgoedcalculators, maar met medeneming van alle betrokkenen in het proces. Als je, waar het nu op lijkt, medewerkers reduceert tot een paar vierkante meters en hooguit ziet als vervelende hobbels die genomen moeten worden bij grootse bezuinigingsplannen, ben je volgens mij niet op de goede weg.
Ik pleit dan ook helemaal niet voor ‘niets doen’, maar ik pleit wél voor betrokkenheid van iedereen – van studenten, overig personeel tot docenten en onderzoekers – bij het verkennen van de mogelijkheden om ondanks bezuinigingen een werkbare, prettige universitaire gemeenschap te blijven vormen. Dat dunkt me ‘simpelweg gezond bestuur’. Een hoog van de toren blazende reactie als de voorgaande daarentegen helpt niet bij dat proces.