Is topsport een bron van inspiratie? Vergeet het, zegt deze wetenschapper

23 sep 2022

Meer geld pompen in topsport volstaat niet om burgers aan het sporten te krijgen. Dat zegt socioloog Hidde Bekhuis, een van de sprekers op het Jump 2 Prevent-congres vandaag in het Radboudumc. ‘Door de start van de Giro in 2016 zijn niet meer mensen gaan fietsen in Gelderland.’

In 1996 winnen de Nederlandse mannen goud op de Olympische Spelen in Atlanta. Na de verloren finale in Barcelona in 1992 verslaan ze de Italianen in een nagelbijtende finale met 3-2. Maar in tegenstelling tot wat sportbonden graag verkondigen, leidde die olympische titel er niet toe dat meer Nederlanders gingen sporten, vertelt socioloog Hidde Bekhuis. ‘Zowel voor als na de Olympische Spelen van 1996 nam het aantal volleyballers in Nederland af.’

Als verantwoording voor het vele publieke geld dat in topsport wordt geïnvesteerd, zeggen sportbonden zoals NOC*NSF, sportbestuurders en gemeenteambtenaren vaak dat ze leiden tot meer sportende burgers en een gezondere samenleving. ‘Maar zo werkt het niet’ zegt Bekhuis in zijn kamer in het Maria Montessorigebouw. Vrijdag houdt hij een lezing over het onderwerp op het Jump 2 Prevent Congres (zie kaderstuk) in het Experience Center van het Radboudumc.

Hidde Bekhuis. Foto: RU

De socioloog geeft nog een voorbeeld: naar de gevolgen van de prestaties van Canadese sporters is veel sociologisch onderzoek gedaan. Wat blijkt: hoe beter ze scoren op medaillespiegels van wereldkampioenschappen en Olympische Spelen, hoe minder mensen in het land zelf sporten. ‘Doordat veel geld naar topsport gaat blijft er minder over voor de breedtesport’, zegt Bekhuis. ‘Het idee dat topsport inspireert, klopt dus niet.’

Giro in Gelderland

Ook landen die Olympische Spelen of wereldkampioenschappen voetbal binnenhalen, krijgen de eigen bevolking daardoor niet aan het sporten. Neem het EK Voetbal voor vrouwen, dat in 2017 in Nederland werd georganiseerd en werd gewonnen door de Oranjeleeuwinnen. Bekhuis: ‘Na het EK zat het vrouwenvoetbal niet meer in de lift, zoals als voor het EK het geval was.’

In 2016 deed Bekhuis onderzoek naar de effecten van de start van de Giro in Gelderland. In de marge van de Italiaanse wielerronde werden 101 evenementen georganiseerd in de provincie. ‘Dat is nodig als je subsidie wil krijgen voor de organisatie van een groot toernooi’, zegt Bekhuis. ‘Maar die evenementen werden bezocht door mensen die al actief waren in de sport. Aan de sportparticipatie in Gelderland heeft het niets veranderd. Het enige positieve effect: mensen die naar de Giro kwamen kijken, hadden tijdelijk meer sociaal vertrouwen en waren, wederom tijdelijk, wat trotser op Gelderland.’

Dikkebandenrace

Natuurlijk kan topsport altijd één of twee personen inspireren, nuanceert Bekhuis. Soms leiden grote sportevenementen – tijdelijk – tot meer sportparticipatie. Tijdens de Olympische Spelen in Londen in 2012 gaf de organisatie een paar miljoen pond aan fietsprojecten in de slechtere wijken van de stad, waardoor meer mensen in die wijken gingen bewegen. ‘Maar toen na de Spelen ook het geld voor die projecten werd stopgezet, was alles terug bij af’, zegt Bekhuis.

‘Sommige organisatoren argumenteren dat topsport voor meer cohesie zorgt’

Inmiddels begint het bij sommige organisatoren van topsportevenementen ook te dagen dat een jeugdloop of dikkebandenrace niet volstaat om de lokale bevolking aan het sporten te krijgen. Ze gaan daarom op zoek naar andere manieren om de uitgaven van topsport maatschappelijk te verantwoorden. Bekhuis: ‘Ze zeggen bijvoorbeeld dat topsport voor meer cohesie zorgt. Als het Nederlands elftal speelt, dan kleuren hele wijken oranje. Zo wijken ze steeds verder af van het initiële idee dat topsportsucces voor meer participatie zorgt.’

Geen nieuwe structuren

Hoe kunnen topsportorganisatoren er dan wel voor zorgen dat de lokale bevolking aan het sporten gaat? ‘Het heeft geen enkele zin om tijdelijk nieuwe structuren uit de grond te stampen die even snel weer verdwijnen’, zegt Bekhuis. ‘Beter is daarom om samen te werken met lokale sportverenigingen. Daarnaast zouden organisatoren van sportevenementen zich specifiek moeten richten op kinderen met een lagere sociale status. Als die vervolgens weer hun netwerk aanspreken waardoor een paar vriendjes of vriendinnetjes mee gaan sporten, dan ben je goed bezig.’

Leuk dat je Vox leest! Wil je op de hoogte blijven van al het universiteitsnieuws?

Bedankt voor het toevoegen van de vox-app!

Geef een reactie

Vox Magazine

Het onafhankelijke magazine van de Radboud Universiteit

lees de laatste Vox online!

Vox Update

Een directe, dagelijkse of wekelijkse update met onze artikelen in je mailbox!

Wekelijks
Nederlands
Verzonden!