Na moeilijke jaren door de coronapandemie zitten cultuurverenigingen weer in de lift
-
Een evenement van CODC tijdens de Vierdaagsefeesten in 2016. Archieffoto: Marjolein van Diejen
Onbederf’lijk Vers en Cultuur op de Campus zijn terug van weggeweest. Nieuwe studenten vinden was voor beide culturele verenigingen enkele jaren erg moeilijk, maar die periode lijkt nu voorbij. ‘Actieve studenten weten ons opnieuw te vinden.’
Na een oponthoud van vijf jaar is woensdag 8 oktober een nieuwe editie van Onbederf’lijk Vers (zie kader). De vorige editie van het jaarlijkse poëziefestival, waarbij dichters op verschillende locaties in Nijmegen optreden, vond plaats voor de coronapandemie.
De terugkeer van het literair festival is goed ontvangen, zegt Lena Claessen van Onbederf’lijk Vers. ‘We kregen veel positieve reacties, onder andere van oude bekenden van het festival. Bovendien was er veel enthousiasme onder gevestigde dichters en we kregen veel inzendingen binnen van amateurdichters die hun poëzie op Onbederf’lijk Vers willen voordragen.’
Onbederf’lijk Vers
Onbederf’lijk Vers is een jaarlijks poëziefestival in Nijmegen, georganiseerd door een groep studenten. Verdeeld over vijf locaties in het centrum, op elke locatie zijn drie rondes. Op iedere locatie zijn drie dichters te zien, twee amateurdichters en één gevestigde dichter. ‘Met klassieke en absurdistische gedichten en daarnaast simpelere rijmen en humoristische poëzie hebben we een breed repertoire’, zegt bestuurslid Maan Heijthuijsen. ‘Wel zijn we nog op zoek naar zo’n twintig tot dertig vrijwilligers die de dichters op locatie willen ondersteunen.’
Ook voor Cultuur op de Campus (CODC, zie kader onder) lijkt dit collegejaar een nieuw begin te zijn. ‘Kandidaat-bestuursleden weten ons opnieuw te vinden’, vertelt bestuurder Denitcha Misiedjan. ‘We hebben voor het aankomende bestuur zeven mensen gevonden in plaats van de gebruikelijke vijf.’ De nieuwe bestuursleden komen bovendien niet allemaal uit een van de zeventien verenigingen van CODC, zoals meestal het geval is. ‘Ze studeren bijvoorbeeld cultuurwetenschappen, en zijn zo bij ons terechtgekomen.’
Coronapandemie
Naar een verklaring voor de moeilijke jaren van de culturele verenigingen is het niet lang zoeken: de coronapandemie hakte er stevig in. ‘Omdat het vrijwel onmogelijk was om iets te organiseren, viel het bestuur uit’, vertelt Maan Heijthuijsen van Onbederf’lijk Vers. ‘Als je organisatie een aantal jaar niet heeft kunnen bestaan, is het lastig om daarna opnieuw een werkgroep te vormen. De mensen die destijds in het bestuur zaten, studeren bijvoorbeeld niet meer.’ De campusdichter van vorig jaar, Jarmo van Dam, had volgens haar een sleutelrol in de wederopstanding van de vereniging, onder andere door het bestuur bij elkaar te roepen.
‘Cultuur is voor veel studenten ook maar een beetje een vaag begrip’
Ook voor Cultuur op de Campus (CODC) was de coronatijd het begin van een moeilijke periode. ‘De banden binnen de verenigingen waren destijds niet altijd even hecht, onder andere door de restricties of de lockdowns’, zegt oud-bestuurder Sera de Feijter. Vlak na de lockdowns kenden veel verenigingen van CODC een kleine groeispurt. De ledenaantallen liepen even op, maar niet voor lang. ‘Iedereen kon bijvoorbeeld weer met hun eigen vrienden afspreken, en studenten hadden daardoor minder tijd om te investeren in een vereniging.’ Hierdoor kon in 2023 Stukafest in Nijmegen niet doorgaan.
Cultuur Op De Campus
Cultuur op de Campus (CODC) is de cultuurkoepel van alle zeventien culturele studentenverenigingen op de Radboud Universiteit, zoals het Nijmeegs Studentenorkest en verschillende koren en dansgroepen. Ook zorgen zij, samen met andere partijen, voor de programmering van het Cultuurcafé en het theater op de campus. Daarnaast houdt CODC een jaarlijks gala en ‘Stukafest’ in Nijmegen, een cultureel festival in studentenkamers in heel Nederland.
Op dit moment werkt CODC nog met een noodbestuur. De bestuursleden werden geworven onder de verschillende verenigingen. Als dat niet was gebeurd, dan had de vereniging opgeheven moeten worden. ‘Er zijn toen verscheidene gesprekken geweest, er waren een paar mensen meteen geïnteresseerd’, aldus Misiedjan. ‘Zelf was ik eigenlijk van plan om pas in een later stadium van mijn studie bestuurslid bij CODC te worden. Maar omdat het echt nodig was, heb ik het met alle plezier gedaan.’
Punt van aandacht
Ondanks de heropleving van beide verenigingen blijft het volgens de bestuurders van Onbederf’lijk Vers belangrijk om cultuur onder de aandacht te blijven brengen. ‘Cultuur is voor veel studenten ook maar een beetje een vaag begrip’, zegt Lena Claessen. ‘Als je je inschrijft bij een rugbyvereniging, weet je dat je gaat leren rugbyen. Bij een organisatie als de onze is het wellicht minder duidelijk wat je gaat doen.’
Dit terwijl bezig zijn met cultuur volgens de bestuurders waardevol kan zijn. ‘Bij een cultuurvereniging leer je kritiek krijgen en geven’, zegt Claessen. Ook is het volgens Heijthuijsen nog om een andere reden goed voor je ontwikkeling. ‘Cultuur klinkt in eerste instantie misschien vaag, maar het staat midden in de maatschappij en kan een weerspiegeling zijn van actuele kwesties. Je vormt bij zo’n vereniging een beeld over de wereld waarin we leven.’
Bestaanszekerheid
Door te leren uit de moeilijke jaren, proberen beide verenigingen zich beter te wapenen voor de toekomst. Zo werkt CODC sinds twee jaar samen met het Radboud Sport- en Cultuurcentrum, waardoor studenten met een sport- en cultuurkaart gratis naar voorstellingen kunnen. Ook ontvangt de koepelvereniging subsidie voor de programmering. Ze voelen ook wel dat zij daarin een voorrechtspositie hebben, omdat ze de kleinste verenigingskoepel van de universiteit zijn. ‘We worden na de lastige jaren ook wel gestimuleerd om groot te blijven denken’, zegt Misiedjan.
Ook de bestuurders van Onbederf’lijk Vers denken verder dan de editie van 8 oktober. ‘Dit jaar moesten we vrijwel zonder budget opnieuw beginnen. We gunnen de volgende bestuursploegen een betere start’, zegt Heijthuijsen. ‘Daarom willen we een meerjaren subsidie aanvragen, zodat het in de toekomst een stukje makkelijker wordt.’